Oplossen van problemen – RIDGID NaviTrack II User Manual
Page 112

NaviTrack® II
26
Oplossen van problemen
PROBLEEM
WAARSCHIJNLIJKE FOUTLOCATIE
NaviTrack® II blokkeert 
tijdens het gebruik.
Schakel het instrument uit, en vervolgens weer in. Verwijder de batterijen uit het instrument als u 
het niet kunt uitschakelen. Vervang de batterijen als ze bijna leeg zijn.
Bij het traceren 
“springen” er lijnen over 
het hele scherm in de 
kaartweergave.
Dat geeft aan dat de NaviTrack® II het signaal niet ontvangt of dat er sprake is van interferentie.
Ga na of de zender goed aangesloten en geaard is. Wijs de NaviTrack® II in de richting van een van 
de draden om na te gaan of er een volledige kring is.
Probeer een hogere frequentie of een aansluiting op een ander punt in de leiding, of schakel om 
naar de inductiemodus.
Tracht de bron van eventuele ruis te bepalen en elimineer ze. (gebonden aarding, enz.)
Bij het opsporen van een 
sonde “springen” er 
lijnen over het hele 
scherm.
Controleer de batterijen van de sonde.
Misschien is de sonde te ver verwijderd; probeer ze dichterbij te brengen of zoek het gebied af.
Controleer het signaal door de onderste antenne vlak bij de sonde te houden. 
OPMERKING – Sondes kunnen moeilijk signalen verzenden doorheen gietijzeren en smeedijzeren 
leidingen. 
De afstand tussen de 
sonde en de beide polen 
is niet gelijk.
De sonde kan gekanteld zijn of er kan een overgang zijn van gietijzer naar plastic.
Het instrument gedraagt 
zich onregelmatig, en 
kan niet worden 
uitgeschakeld.
Misschien zijn de batterijen bijna leeg. Vervang ze door nieuwe batterijen en schakel het 
instrument weer in.
Het display is volledig 
donker of volledig 
verlicht bij het 
inschakelen.
Schakel het instrument uit, en vervolgens weer in.
Regel het LCD-contrast.
Er is geen geluid.
Regel het geluidsniveau in het geluidsmenu.
De NaviTrack® II 
ontvangt het signaal 
niet.
Ga na of de correcte modus en frequentie werden ingesteld. Ga hoe de kring zou kunnen worden 
verbeterd. Verplaats de zender, wijzig de aarding, frequentie, enz.
De NaviTrack® II kan niet 
worden ingeschakeld.
Controleer of de batterijen correct werden geïnstalleerd.
Ga na of de batterijen niet leeg zijn.
Ga na of de batterijcontacten OK zijn.
Misschien is een zekering in het apparaat doorgesmolten. (Fabrieksreparatie vereist.)
