Toetsenbord – RIDGID NaviTrack II User Manual
Page 92

NaviTrack® II
6
Toetsenbord
•
Aan/Uit – Schakelt de NaviTrack® II in. Schakelt de
NaviTrack® II uit na een vertraging van 3 seconden. De 
vertraging kan worden onderbroken door op om het even 
welke toets te drukken vóór de uitschakeling.
•
Pijltjes omhoog en omlaag – Gebruikt om items te
selecteren in een menu; gebruikt voor het instellen van het 
volume wanneer de geluidstoets werd ingedrukt. 
•
Selectietoets – Gebruikt om een geselecteerde optie in een
menu te bevestigen; bij normale bediening gebruikt om een 
dieptemeting te forceren en de audiotoon opnieuw te 
centreren. 
•
Menutoets – Gebruikt om een “boomdiagram” van keuzen
weer te geven, zoals frequentieselecties, schermelement-
keuzen, helderheid en contrast, en om de standaard-
instellingen te herstellen. In een menu gaat u met deze toets 
één niveau naar boven.
•
Volumetoets – Gebruikt om de volume-instelling te
verhogen of verlagen; gaat van ‘high’ tot nul. Wanneer u op 
volume drukt wordt het volumebedieningspaneel geopend 
wanneer het dicht was en gesloten wanneer het open was. Het 
volume kan ook worden verhoogd en verlaagd met behulp van 
de pijltjestoetsen wanneer het volumebedieningspaneel open is.
•
Frequentietoets – Gebruikt voor het selecteren van de
werkfrequentie van de NaviTrack® II uit de reeks geactiveerde 
frequenties. De lijst van frequenties die werden geactiveerd 
kan worden gewijzigd via het menu. Frequenties werden 
ingedeeld in vier reeksen: sondefrequenties (
), leiding-
traceerfrequenties (
), en stroomfrequenties ( ).
Werkingstijd
Met alkalibatterijen bedraagt de werkingstijd ongeveer 12 tot 
24 uur, afhankelijk van het geluidsvolume en hoe lang de 
achtergrondverlichting brandt. Een andere factor die de 
werkingstijd beïnvloedt is de samenstelling van de batterij 
(veel van de nieuwe krachtige batterijen, zoals de 
“Duracell® ULTRA”, gaan 10%-20% langer mee dan con-
ventionele alkalibatterijen in veeleisende toepassingen). 
Gebruik bij lagere temperaturen heeft ook een negatieve 
invloed op de levensduur van de batterijen.
Het NaviTrack® II-scherm kan ook willekeurige symbolen weer-
geven wanneer de batterijlading te zwak is geworden om de 
interne logicaschakelingen aan te sturen. Dat kan worden ver-
holpen door gewoon nieuwe batterijen in het instrument te 
installeren.
Om energie te besparen, wordt de NaviTrack® II automatisch 
uitgeschakeld na 1 uur zonder het indrukken van een toets. 
Schakel het instrument gewoon weer in om het te gebruiken.
Starten
Na het indrukken van de voedingstoets
op het toetsen-
bord verschijnt het RIDGID®-logo en wordt het software-
versienummer weergegeven in de linker benedenhoek.
Figuur 5: Opstartscherm
Waarschuwing voor bijna lege batterij
Wanneer de batterijen bijna leeg zijn, verschijnt er een 
batterijpictogram 
in de kaartzone op het scherm. Dat
geeft aan dat de batterijen moeten worden vervangen en dat 
het instrument weldra zal worden uitgeschakeld. 
Figuur 6: Waarschuwing voor bijna lege batterij
Net voor de complete uitschakeling vindt er een ononder-
breekbare uitschakelsequentie plaats. 
OPMERKING: De spanning van herlaadbare batterijen kan 
soms zo snel dalen dat het toestel gewoon wordt uit-
geschakeld. Het toestel wordt uitgeschakeld en vervolgens 
herstart. Vervang de batterijen en schakel het toestel weer in.
Volumeregeltoets
Pijltje naar boven 
Menunavigatie
Selectietoets 
Menu-itemselectie
Aan/uit-toets
Menutoets
Pijltje naar beneden
Frequentietoets
