Tunturi R60 User Manual
Page 36

36
HANDLEIDING
•
R
60
treksnoer niet geknikt raakt.
MONITOR
DRUKKNOPPEN
1.
SET
Instelling van de streefwaarden. Dezelfde
toets vindt u ook op de afstandsbediening
van de trekstang.
2.
RESET
Op nul zetten van de trainingswaarden,
beëindigen van de training en terug naar de
uitgangspositie.
3.
+ / -
Instelling van de streefwaarden,
intensiteitinstelling: weerstand / hartslag
vermeerderen: met de + knop; weerstand
/ hartslag verminderen: met de - knop.
Dezelfde toetsen vindt u ook op de
afstandbediening van de trekstang.
4.
RECOVERY
Meten van de conditiehartslag.
5.
START / STOP
Begin en einde van de training.
TOETSEN VAN DE TREKSTANG
Het toestel moet aangesloten zijn opdat de
toetsen van de trekstang zouden kunnen
werken. Deze toetsen brengen slechts korte
stroomstoten over naar de teller, want die
herkent geen langere stroomstoten.
Indien de toetsen van de trekstang niet
werken, gaat u vooreerst na of het toestel
aangesloten is op een stopcontact. Daarna
initialiseert u de afstandsbesturing opnieuw
door gedurende vijf seconden tegelijkertijd
op de drie toetsen van de trekstang te
drukken. Test vervolgens of de toetsen
werken.
Bedenk ook dat er een batterij in de stang
zit. Indien de toetsen niet werken, vervang
dan de batterij en vergewis u ervan dat
de batterij in de juiste richting geplaatst is.
Voor gebruik thuis kan een batterij evenwel
verschillende jaren gebruikt worden.
OPGELET!
Plaats na afloop van de oefening de
trekstang op zijn plaats in de houder. Maak
de trekstang nooit los tijdens de oefening!
DISPLAYS
1.
Strokes (treksnelheid/min.)
Het aantal trekbewegingen per minuut; er
is ook een balk onderaan de display die de
treksnelheid aangeeft.
2.
Trainingstijd
00:00 – 99:59 meting per seconde; h1:40 –
h9:59 meting per minuut.
3.
Hartslag gedurende de training
Het hartsymbool knippert met dezelfde
snelheid als de gemeten hartslag. De
pijlen in het display geven aan wanneer de
hartslag de van tevoren ingestelde boven- of
ondergrens overschrijdt.
4.
Trainingsafstand (km / mile)
0.00 – 99.99 km / mijl
5.
Speed (timer voor een afstand van 500 m,
kmu/mpu)
tijd 0-9.59/500 m
6.
Energieverbruik (Kcal)
Schatting van het totaal energieverbruik
gedurende de training, 0 – 9999 kcal
7.
Tijd (Clock)
Werkelijke tijd
8.
Temperatuurmeter (Temp C / Temp F)
Meting van de kamertemperatuur in Celsius
of in Fahrenheit.
9.
Vochtigheidsmeter (Humidity %)
Meting van de vochtigheidsgraad in de
kamer,
0 – 100%
10.
Display van de hoofdwaarde
De gekozen trainingswaarde staat met grote
nummers midden op de monitor; de overige
trainingswaarden kunnen tegelijkertijd
gevolgd worden op bovenste regel van de
monitor.
11.
Cumulatieve hartslagdisplay
Indien bij de training een hartslagprogramma
gebruikt wordt, geeft de display het profiel
weer dat gedurende de hartslag training
gevormd wordt.
12.
Vervanging van de batterijen
Een waarschuwingsdisplay geeft aan
wanneer de batterijen aan vervanging toe
zijn.
GEBRUIK VAN DE MONITOR
De monitor gaat aan door het indrukken
van een willekeurige knop van de monitor.
Indien het apparaat langer dan 5 minuten
niet gebruikt wordt, schakelt de monitor
automatisch uit. Maak een keuze uit de
betreffende meeteenheden met behulp
van de schakelaar op de achterkant van
de monitor. Maak een keuze uit metrische
eenheden (km, km/h, Celsius) of Engelse
eenheden (mijlen, mph, Fahrenheit). Stel de
tijd (clock) van de monitor als volgt in: druk
bij het aanzetten van de monitor 3 seconden
tegelijkertijd op + en - toetsen.
Op de hoofddisplay komt nu een tijddisplay.
Stel de tijd in met behulp van de + / -
toetsen. Van uren naar minuten en terug
naar het opstart menu komt men met behulp