beautypg.com

Velleman HAM263D User Manual

Page 34

background image

HAM263D

03 (15/11/2013)

VELLEMAN

34

e.

Het alarmsysteem inschakelen en handmatig bypassen

Deze optie laat toe defecte zones tijdelijk uit te schakelen.

Met GEBRUIKERSCODE 1 kunt u enkel de zones in partitie 1 bypassen, met
GEBRUIKERSCODE 2 kunt u enkel de zones in partitie 2 bypassen. Met GEBRUIKERSCODE 3
kunt u alle zones bypassen.

Schakel het alarmsysteem uit en wis het geheugen (zie hieronder).

Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op

, het zonenummer dat u wenst te

bypassen en

.

Twee pieptonen geven aan dat de code correct is ingegeven. De inschakelvertraging start en de
led van EXIT/ARMED knippert.

Vijf pieptonen geven aan dat de code niet correct is ingegeven. Geef de code correct in.

De leds van de gebypasste zones knipperen onophoudelijk.

Het alarmsysteem schakelt in nadat de vertraging is verstreken. De led van de toepasselijke
partitie en van EXIT/ARMED licht op.

De handmatig gebypasste zones worden na uitschakeling van het systeem uit het geheugen
gewist.

f.

Het alarmsysteem uitschakelen

Geef eenvoudigweg de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op

voor de

ingangsvertraging verstrijkt.

Het alarmsysteem wordt inmiddellijk uitgeschakeld.

Twee pieptonen geven aan dat de code correct is ingegeven.

Vijf pieptonen geven aan dat de code niet correct is ingegeven. Geef de code correct in na de
pieptonen.

g.Het geheugen wissen

Voor u het alarmsysteem kunt inschakelen, moet u het geheugen wissen.

Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op

,

en

.

Alle leds van de zones doven.

Het alarmsystem staat niet meer op scherp en op elk moment opneiuw ingeschakeld worden.

h.De paniekfunctie

Houd TWEE toetsen gelijktijdig gedurende meer dan drie seconden ingedrukt om het alarm te
doen afgaan. Dit noodsignaal is een softwarealarm, aangeduid als zone 8, en kan niet gewijzigd
worden.

i.De defecte zones controleren

Schakel het alarmsysteem of de partitie uit.

Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op

,

en

.

De leds van de defecte zones lichten op.

Elke zone wordt gedurende 30 seconden gestest. Na elke test hoort u een pieptoon. Drukt u op
een toets binnen de 5 seconden na de pieptoon, dan start een nieuwe testperiode van 30
seconden. De testperiode kan naar wens hervat worden.

Het systeem hervat de normale werking 5 seconden na de pieptoon (indien geen enkele toets
werd ingedrukt).

Het alarmsysteem kan niet ingeschakeld worden tijdens deze test en het bedieningspaneel is
tijdelijk uitgeschakeld.

j.

De batterij testen

Het systeem test automatisch de noodbatterij eens om de 24 uur.

Wenst u de batterij handmatig te testen, schakel dan eerst het alarmsysteem uit.

Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op

,

en

. De batterijled flitst.

Een handmatige batterijtest beïnvloedt de periodieke batterijtest niet.

De test duurt 5 seconden tot 2 minuten, afhankelijk van de batterij.

Een handmatige batterijtest is aan te raden na het plaatsen van een verse noodbatterij.

k.De relaisuitgangen testen