Vor inanspruchnahme des kundendienstes, Alvorens de servicedienst te bellen – Panasonic NVVZ1EG User Manual
Page 86
171
170
DEUTSCH
NEDERLANDS
Vor Inanspruchnahme des
Kundendienstes
(Probleme und Abhilfe)
Stromversorgung
P1:
Der Camerarecorder kann nicht eingeschaltet
werden.
A1:
Ist der Akku oder der Netzadapter richtig
angeschlossen? Die Anschlußverbindung überprüfen.
(
l
18, 24)
P2:
Der Camerarecorder hat sich automatisch
ausgeschaltet.
A2:
Wenn Sie den Camerarecorder länger als 6 Minuten im
Modus Aufnahmepause lassen, schaltet er sich
automatisch aus, um das Band zu schützen und
Akkustrom zu sparen. Um aus diesem Zustand erneut
aufzunehmen, den Schalter [CAMERA/OFF/VCR]
zuerst auf [OFF] und dann wieder auf [CAMERA]
stellen. (
l
60)
P3:
Der Camerarecorder schaltet sich sofort wieder aus.
A3-1: Ist der Akku entladen? Wenn die Akkubetriebs-
Restzeit-Anzeige “0:00” anzeigt oder die Anzeige [
6
]
blinkt, ist der Akku entladen. Den Akku aufladen oder
einen anderen, vollständig aufgeladenen Akku
anbringen. (
l
20, 24)
A3-2: Hat sich im Innern des Camerarecorders Kondensation
gebildet? Wird er von einem kalten an einen warmen
Ort gebracht, kann sich in seinem Innern Kondensation
bilden. In diesem Fall schaltet er sich automatisch aus
und, mit Ausnahme von Herausnehmen der Cassette,
lassen sich am Camerarecorder keine Funktionen
auslösen. Warten, bis die Kondensationsanzeige
verschwindet (ca. 2 - 3 Stunden). (
l
150)
Cassette
P1:
Die Bandrestzeit-Anzeige ist nicht korrekt.
A1:
Ist die Bandlänge der eingesetzten Cassette richtig
eingestellt? Die korrekte Bandlänge einstellen. (
l
44)
P2:
Der Camerarecorder und die Cassetten wurden am
Flughafen Sicherheitskontrollen mit
Röntgenstrahlen ausgesetzt. Kann dies die
Aufzeichnungen negativ beeinflussen?
A2:
Nein, dies hat keinerlei negativen Einfluß auf den
Camerarecorder und die Cassetten.
P3:
Bei der Wiedergabe einer lange aufbewahrten
Cassette ist das Bild gestört.
A3:
Die Cassette wurde an einem ungeeigneten Ort (viel
Staub, Hitze, Feuchtigkeit usw.) oder nahe
magnetisierter Gegenstände oder Geräte aufbewahrt.
Leider besteht keine Möglichkeit zur Abhilfe. Die
Cassetten daher immer vorschriftsgemäß aufbewahren.
(
l
148)
Aufnahme
P1:
Es erscheint kein Bild auf dem LCD-Monitor.
A1:
Der LCD-Monitor ist geöffnet (außer beim Aufnehmen
mit nach vorne gerichtetem LCD-Monitor. Den LCD-
Monitor sicher schließen. (
l
28)
P2:
Das Bild auf dem LCD-Monitor ist nicht klar.
A2:
Die Bildqualität ist nicht eingestellt. Die Bildqualität
einstellen. (
l
40)
Aufnahme (Fortsetzung)
P3:
Die Aufnahme beginnt nicht, wenn die Aufnahme-
Start-/Stop-Taste gedrückt wird.
A3:
Die Löschschutzlasche der eingesetzten Cassette ist
herausgebrochen. Eine Cassette mit intakter
Löschschutzlasche einsetzen. Oder die Öffnung mit
zwei Lagen Klebeband überdecken. (
l
46)
P4:
Die Datums-/Uhrzeit-/Titel-Anzeige erscheint nicht.
A4-1: Der Grund dafür liegt bei unrichtiger Bedienung der
Taste [DATE/TITLE] und/oder der Taste [MENU]. Die
Taste [MENU] drücken und die gewünschte Datums-/
Uhrzeit-/Titel-Anzeige einstellen. Dann die Taste
[DATE/TITLE] drücken, so daß die Datums-/Uhrzeit-/
Titel-Anzeige erscheint. (
l
56)
A4-2: Die Knopfzelle ist erschöpft. Durch eine neue vom
gleichen Typ ersetzen. (
l
52)
Wiedergabe
P1:
Beim Drücken der Wiedergabe-Taste [
E
] wird kein
Bild wiedergegeben.
A1:
Ist der Schalter [CAMERA/OFF/VCR] auf [VCR]
gestellt? Wenn er auf [CAMERA] gestellt ist, kann keine
Wiedergabefunktion ausgelöst werden. (
l
68)
P2:
Das Wiedergabebild ist gestört oder enthält
Störstreifen.
A2-1: Die Bandwicklungen in der Cassette sind lose. Das
Band straffen. (
l
42)
A2-2: Die Videoköpfe sind verschmutzt. Die Videoköpfe mit
einer Videokopf-Reinigungscassette (nicht im
Lieferumfang) reinigen. (
l
150)
A2-3: Die Spurlage am Camerarecorder ist nicht korrekt
eingestellt. Die Spurlage exakt einstellen. (
l
76)
P3:
Das Wiedergabebild ist nicht in Farbe.
A3:
Die Farbeinstellung am Fernsehgerät ist nicht korrekt.
Die Farbeinstellung exakt vornehmen.
Fernbedienung
P1:
Die Fernbedienung funktioniert nicht.
A1-1: Die Batterien in der Fernbedienung sind erschöpft.
Durch neue Batterien vom Typ „AAA“, „UM-4“ oder
„R03“ ersetzen. (
l
120)
A1-2: Die Fernbedienung und/oder der Camerarecorder sind
starkem Licht ausgesetzt. Beim Einsatz der
Fernbedienung dafür sorgen, daß kein starkes Licht auf
die Fernbedienung und/oder den Camerarecorder fällt.
Demonstrations-Modus
P1:
Der Camerarecorder bleibt dauernd im
Demonstrations-Modus.
A1:
Der Demonstrations-Modus dient zum Erklären der
vielseitigen Funktionen dieses Camerarecorders. Um
diesen Modus auszuschalten, den Schalter
[CAMERA/OFF/VCR] zuerst auf [OFF] einstellen und
ihn dann wieder auf [CAMERA] einstellen, während Sie
die Taste [
∫
] gedrückt halten. Oder den Einstellpunkt
[DEMO MODE] im Untermenü [OTHER FUNCTIONS]
auf [OFF] einstellen.(
l
164)
Alvorens de servicedienst te bellen
(Problemen en Oplossingen)
Stroomvoorzieningsbronnen
P1:
De camerarecorder kan niet worden ingeschakeld.
O1:
Is de accu juist geplaatst of is de netspanningsadapter
juist aangesloten? Controleer de aansluiting (
l
18, 24).
P2:
De camerarecorder heeft zichzelf automatisch
uitgeschakeld.
O2:
Als u de camerarecorder gedurende langer dan 6
minuten in de opnamepauzefunctie laat staan, zal deze
zichzelf automatisch uitschakelen om de band te
beschermen en acculading te besparen. Om vanuit
deze situatie weer met het opnemen te beginnen, zet u
de [CAMERA/OFF/VCR] keuzeschakelaar in de stand
[OFF] en vervolgens weer in de stand [CAMERA]
(
l
60).
P3:
De camerarecorder schakelt zichzelf snel uit.
O3-1: Is de accu leeg? Als de resterende accubedieningstijd-
indicatie “0:00” aangeeft, of als de [
6
] indicatie
knippert, is de accu leeg. Laad de accu op of bevestig
een volledig opgeladen accu. (
l
20, 24).
O3-2: Heeft zich condens in de camerarecorder gevormd?
Wanneer de camerarecorder van een koude omgeving
wordt overgebracht naar een warme omgeving, kan
zich binnenin de camerarecorder condens vormen.
Indien dit gebeurt, schakelt de camerarecorder zichzelf
automatisch uit en kan deze niet meer bediend worden,
behalve het eruit halen van de videocassette. Wacht
totdat de condensindicatie is uit gegaan (ongeveer 2 tot
3 uur) (
l
150).
Videocassette
P1:
De resterende bandtijdindicatie is niet juist.
O1:
Is de bandlengte van de geplaatste videocassette juist
ingesteld? Stel de juiste bandlengte in (
l
44).
P2:
De camerarecorder en de videocassette zijn
onderworpen aan een röntgencontrole op het
vliegveld. Heeft dit de videocassettes beïnvloed.
O2:
Dit heeft geen negatieve invloed op de camerarecorder
of de videocassettes.
P3:
Bij het weergeven van een videocassette die een
bepaalde tijdsduur niet is gebruikt, is het
weergavebeeld vervormd.
O3:
De videocassette werd op een ongeschikte plaats
bewaard (stoffig, vochtig, warm, enz.) of in de buurt van
sterk gemagnetiseerde voorwerpen of apparatuur.
Hiervoor bestaat helaas geen oplossing. Bewaar de
videocassettes altijd op een geschikte plaats (
l
148).
Opnemen
P1:
Er wordt geen beeld in de zoeker weergegeven.
O1:
De LCD-monitor staat open (behalve Wanneer u
opneemt terwijl de LCD-monitor naar voren is gericht).
Sluit de LCD-monitor zorgvuldig. (
l
28)
P2:
Het beeld op de LCD-monitor is niet scherp.
O2:
De beeldkwxaliteit is niet ingesteld. Stel de
beeldkwaliteit in. (
l
40)
Opnemen (vervolg)
P3:
Het opnemen begint niet nadat op de start-/
stoptoets is gedrukt.
O3:
Het wispreventielipje van de geplaatste videocassette is
uitgebroken. Plaats een videocassette met een intact
wispreventielipje, of bedek de opening waarin het
wispreventielipje zich bevond met twee lagen plakband
(
l
46).
P4:
De datum/tijd/titel-indicatie wordt niet afgebeeld.
O4-1: Dit is het gevolg van een onjuiste bediening van de
[DATE/TITLE] toets en/of de [MENU] toets. Druk op de
[MENU] toets en stel de gewenste datum/tijd/titel-
indicatie in. Druk vervolgens op de [DATE/TITLE] toets
zodat de datum/tijd/titel-indicatie wordt afgebeeld
(
l
56).
O4-2: De knoopbatterij is leeg. Vervang deze door een
nieuwe (
l
l
l
l
l
52).
Weergeven
P1:
Er wordt geen beeld weergegeven nadat op de
weergavetoets [
E
] is gedrukt.
O1:
Staat de [CAMERA/OFF/VCR] keuzeschakelaar in de
stand [VCR]? Wanneer deze in de stand [CAMERA]
staat, kunt u de weergavefuncties niet bedienen
(
l
68).
P2:
Het weergavebeeld is vervormd of bevat storing.
O2-1: De band in de videocassette zit los. Trek de band strak
(
l
42).
O2-2: De videokoppen zijn vervuild. Maak deze schoon met
behulp van een los verkrijgbare
videokoppenreinigingscassette (
l
150).
O2-3: De spoorregeling is niet goed afgesteld. Stel de
spoorregeling goed af (
l
76).
P3:
Het weergavebeeld is niet in kleur.
O3:
De kleurinstelling op de tv is niet juist uitgevoerd. Stel
de kleurinstelling op de tv in.
Afstandsbediening
P1:
De afstandsbediening werkt niet.
O1-1: De batterijen in de afstandsbediening zijn leeg. Vervang
deze door nieuwe “AAA”, “UM-4” of “R03” type
batterijen (
l
l
l
l
l
120).
O1-2: De afstandsbediening en/of de camerarecorder worden
blootgesteld aan sterk licht. Voorkom dat sterk licht op
de afstandsbediening en/of de camerarecorder valt
wanneer u de afstandsbediening gebruikt.
Demonstratiefunctie
P1:
De camerarecorder blijft in de demonstratiefunctie
staan.
O1:
De demonstratiefunctie is bedoeld voor het beschrijven
van de veelzijdige functies van deze camerarecorder.
Om deze functie uit te schakelen, zet u de [CAMERA/
OFF/VCR] keuzeschakelaar in de stand [OFF],
vervolgens zet u deze weer in de stand [CAMERA]
terwijl u de [
∫
] toets ingedrukt houdt. Als alternatief
stelt u het item [DEMO MODE] op het [OTHER
FUNCTIONS] submenu in op [OFF] (
l
l
l
l
l
164).