Iv. onderhoud en opslag, Iv. onderhoud en opslag a – Husqvarna 1000-14 User Manual
Page 13
Attention! The text in this document has been recognized automatically. To view the original document, you can use the "Original mode".

- Gebruik contragewicht(en) of wielgewichten wanneer
dat in de handleiding wordt aangeraden.
Kijk uit voor het verkeer wanneer u de weg oversteekt
of zieh nabij een weg bevindt.
Stop de messen voordat u andere oppervlakken dan
gras oversteekt.
Voer bij het gebruik van hulpstukken het materiaal
nooit af in de richting van omstanders en laat niemand
in de buurt van de machine komen terwiji deze in
bedrijf is.
Gebruik de maaimachine nooit met defecte
beschermkappen en schermen of zonder
beveiligingsinrichtingen op hun plaats.
Verander de instelling van de motorregelaar niet en
laat de motor niet met te hoge toeren draaien. Als de
motor met te hoog toerental draait, kan het risico van
lichamelijk letsel groter worden.
Voordat u de bestuurdersstoel verlaat:
- de aftakas uitschakelen en de hulpstukken
neerlaten.
- naar de vrijioop schakelen en de parkeerrem
inschakelen.
- de motor stoppen en de sleutel verwijderen.
Schäkel de aandrijving naar de hulpstukken uit, stop
de motor en maak de bougiekabel(s) los of verwijder
het contactsleuteitje.
- voordat u opgehoopt materiaal weghaalt of een
verstopfe afvoer leeg maakt.
- voordat u de maaimachine controleert, schoonmaakt
of eraan werkt.
- nadat u een ongewenst voorwerp heeft geraakt.
Inspecteer de maaimachine op schade en voer
reparaties uit voordat u de machine weer start en
gebruikt.
- als de machine abnormaal begint te trillen
(onmiddellijk controleren).
Schäkel de aandrijving naar de hulpstukken uit tijdens
transport of als ze niet worden gebruikt.
Stop de motor en schakel de aandrijving naar het
hulpstuk uit
- voordat u tankt.
- voordat u de opvangzak verwijdert.
- voordat u de hoogte verstelt tenzij de hoogte vanuit
de bestuurdersplaats kan worden ingesteld.
Minder gas tijdens het uitlopen van de motor, en als de
motor met een afsiuitkiep Is uitgerust, meet u de
brandstoftoevoer aan het einde vanhet maaien
afsiuiten.
IV. Onderhoud en opslag
A
Houd alle moeren, bouten en schroeven goed
vastgedraaid zodat u er zeker van kunt zijn dat de
machine in een veilige bedrijfsstaat verkeert.
Sla de machine nooit in een gebouw op, waar dampen
een open vlam of vonk kunnen bereiken, terwiji zieh
benzine in de tank bevindt.
Laat de motor afkoelen voordat u hem in een besloten
ruimte opbergt.
Beperk brandgevaar: houd de motor, geluiddemper,
accuruimte en benzine-cpslagruimte vrij van gras,
bladeren of een overmaat aan smeervet.
Controleer de opvangzak vaak op slijtage of verwering.
Vervang versleten of beschadigde onderdelen om
veiligheidsredenen.
Als de brandstoftank afgetapt moet worden, moet dit
buiten worden gedaan.
Op machines met meerdere messen dient u eraan te
denken dat het draaien van een mes andere messen
kan doen draaien.
Wanneer de machine moet worden geparkeerd,
opgeslagen of alleen moet worden gelaten, moet de
maai-inrichting neergelaten worden tenzij een
mechanische vergrendeling wordt gebruikt.
OPGELET!
Maak de bougiekabel altijd los, plaats hem waar hi]
de bougie niet kan raken teneinde onverhoeds
starten te voorkomen tijdens het opstellen, vervoe-
ren, afstellen of uitvoeren van reparaties.
11