Echo 72854s - Manual (Page 117)

1 4
H O O F D S T U K 4
verdwijnende kreupelhout.
4. Leun nooit over de invoertrechter om voorwerpen in de
snij-inrichting te duwen. Gebruik een stok of de steel van
een borstel.
5. Gebruik nooit een spade of vork om kreupelhout te
duwen. Deze kunnen door de verspaner getrokken
worden, vervangen is duur en ze veroorzaken grote
schade. Daarnaast kunnen metalen delen als
granaatscherven uit de verspaner worden geworpen en
letsel of de dood veroorzaken.
6. Gebruik nooit uw voeten om kreupelhout in de
invoertrechter te duwen.
7. Schakel de hydraulische toevoer in door de regelarm te
bewegen. Trek de arm naar u toe om de hydraulische
toevoer in te schakelen (zie figuur 10.14). In de
voorwaartse richting wordt de toevoersnelheid groter
wanner de arm wordt verplaatst.
8. Plaats de tak (ondereind eerst) in de verspanertrechter
totdat deze in aanraking komt met de verspaanmessen. De
werkelijke toevoersnelheid van de tak in de verspaner
hangt af van het soort toegevoerd materiaal en de
scherpte van de messen.
Als de motor langzamer begint te draaien en bijna afslaat,
duw de regelhendel naar binnen om langzamer te gaan of
stop dan met het toevoeren van materiaal en laat de motor
zich herstellen. Trek de hendel weer naar buiten wanneer
de motor weer op volle toeren draait.
9. Als de verspaner verstopt raakt, keer het toevoeren dan
om door de regelarm in de omgekeerde richting te
bwegen. De tak verwijderen en ronddraaien voordat u
deze weer in de trechter terugsteekt.
Beweeg de tak afwisselend op en neer of steek de tak in
de trechter met een snelheid die de motor or de trekker
niet doet afslaan.
Verspanen van dood, droog materiaal creëert warmte en
maakt de verspaanmessen snel bot. Wissel groen
materiaal af met droog materiaal om de verspaanmessen te
smeren voor langere levensduur en betere prestatie.
Wanneer de verspaanmessen bot worden, moeten ze
periodiek geslepen worden. Raadpleeg in het hoofdstuk
Service en onderhoud “Het slijpen van de
verspaanmessen”, pagina 17.
N.B.: De verspaanmessen worden door gebruik bot en moeten
periodiek geslepen worden. Raadpleeg pagina 17, “Het slijpen
van de verspaanmessen” voor instructies.
4.5 Stopinstructies:
Waarschuwing: Probeer geen inspectie of onderhoud uit te
voeren totdat de machine volledig tot stilstand is gekomen.
Om de machine te stoppen het volgende uitvoeren:.
Modellen met een motor:
1. Breng de gasklep naar de langzaamste-stand.
2. Druk het koppelingspedaal in.
3. Draai de contactsleutel naar de UIT-stand.
4. Laat de machine volledig tot stilstand komen. Laat het
koppelingspedaal los om de rotor langzamer te laten
draaien nadat de motor uitgeschakeld is.
PTO-modellen:
1. Breng de gasklep van de trekker naar de LANGZAAM-
stand.
2. Schakel de PTO-hendel uit en zet de trekkermotor af.
3. Laat de machine volledig tot stilstand komen.
N.B.: De zware rotor blijft nog enige tijd na het stoppen van
de motor draaien. U weet wanneer de rotor tot stilstand is
gekomen wanneer er geen geluid of machinetrilling meer is.