beautypg.com

Metz MECABLITZ 58 AF-1 digital Nikon User Manual

Page 68

background image

68

ń

Afhankelijk van het type camera wordt door de flitser, bij de instelling van de

functie TTL in het menu ‘Mode’, automatisch de standaard TTL-, D-TTL, c.q. i–TTL

flitsfunctie geactiveerd (zie Tabel 1 en Tabel 2)!
Na het opslaan wordt in het display van de flitser voor de D-TTL-, c.q. i-TTL flits-

functie aangegeven.
Het instellen:
• Druk zo vaak op de toets ‘Mode’, dat in het display ‘Mode’ aangegeven

wordt.

• Stel met de toetsen UP

̆ en DOWN ̄ de flitsfunctie

in. Achter de gese-

lecteerde flitsfunctie verschijnt een balkje. De instelling treedt onmiddellijk in

werking.

• Druk op de toets ‘Return’

. Het display schakelt naar de normale weergave

terug. Als u niet op de toets ‘Return’

drukt, schakelt het display na ong. 5

sec. automatisch naar de normale weergave terug.

Bij een correct belichte opname licht de aanduiding van de flitscontrole “o.k.’ ተ

gedurende 3 seconden op (zie 13).

Voor het testen van de TTL-functie moet er zich, bij analoge camera’s,
een film in de camera bevinden! Let er op, of er voor uw camera beper-
kingen betreffende de filmgevoeligheid, c.q. ISO-waarde (bijv. maximaal
ISO 1000) voor de TTL-flitsfunctie gelden (zie de gebruiksaanwijzing van
uw camera)!

5.3 TTL-invulflitsen

Met de functie TTL-invulflitsen

BL

kunt u bij daglicht lastige schaduwen

ophelderen en bij tegenlichtopnamen een uitgebalanceerde belichting tussen

onderwerp en achtergrond verkrijgen. Een computergestuurd meetsysteem in

de camera zorgt voor de geschikte combinatie van belichtingstijd, werkdiafrag-

ma en flitsvermogen. Bij camera’s uit groep C, D en E (zie tabel 1) wordt bij het

gebruik van ‘D-AF-Nikor’ objectieven bovendien de afstand tot het onderwerp

bij het bepalen van het optimale flitsvermogen meegerekend.

TTL

TTL

TTL

Het instellen:
• Druk zo vaak op de toets ‘Mode’, dat in het display ‘Mode’ aangegeven staat.
• Met de toetsen UP

̆ en DOWN ̄ stelt u de flitsfunctie

BL

in. De geselec-

teerde flitsfunctie wordt daarbij tegen een balkje aangegeven. De instelling

treedt onmiddellijk in werking.

• Druk op de toets ‘Return’

. Het display schakelt naar de normale weerga-

ve terug. Als u niet op de toets ‘Return’

drukt schakelt het display na ong.

5 sec. weer naar de normale weergave terug.

Bij een correct belichte opname licht de aanduiding van de flitscontrole “o.k.’ ተ

gedurende 3 seconden op (zie 13).

Let er op, dat de bron van het tegenlicht niet rechtstreeks in het objectief
schijnt. Het meetsysteem van de camera zou daardoor in de war kunnen
raken!

Afhankelijk van het type camera wordt na het instellen van de flitsfunctie

BL

door de flitser automatisch de meest geschikte invulflitsfunctie geacti-

veerd:
Groep A
• Automatische invulflitsfunctie, c.q. matrixgestuurde invulflitsfunctie.
• De instelling moet met de hand op de camera worden ingesteld, tenzij dit

automatisch gebeurt (zie de gebruiksaanwijzing van uw camera).

• Aanduiding op de flitser:
• Op de flitser hoeft verder niets te worden ingesteld, er vindt ook geen aandui-

ding voor deze functie plaats.

Groep B:
• Matrixgestuurde invulflitsfunctie.
• De instelling vindt op de flitser plaats.
• Aanduiding op de flitser na het opslaan:

BL

.

Groep C:
• 3D-Multisensor invulflitsfunctie.
• De instelling vindt op de flitser plaats.

TTL

TTL

TTL

TTL