beautypg.com

Karcher B 95 RS Bp wet User Manual

Page 58

background image

-

9

Door knipperen van de accuaanduidingen
worden de volgende storingen aangege-
ven. Het aantal knipperende segmenten
toont de aard van de storingen.

Storingen met weergave

Knipperende seg-
menten

Storing

Oplossing

1

Accu ontladen of accukabel beschadigd.

Accukabel controleren, accu laden.

2

Kabel naar de tractiemotor onderbroken.

Klantendienst contacteren.

3

Kabel naar de borstelaandrijving onderbroken.

4

Storing toebehoren.

5

Kabel naar de zuigturbine onderbroken.

6

Bediening gestoord.

7

Storing gaspedaal.

8

Bediening gestoord.

9

Storing handrem.

10

Accuspanning te hoog.

Toestand accu controleren.

Storingen

Storing

Oplossing

Door wie

Apparaat wil niet starten.

Accustekker in het apparaat steken.

Bediener

Nood-stop-knop door draaien ontgrendelen.

Bediener

Accukabel controleren op correcte positie.

Bediener

Accukabel controleren op corrosie, indien nodig reinigen.

Bediener

Batterijcapaciteit uitgeput, batterij opladen.

Bediener

Hoofdzekering controleren, indien nodig vervangen.

Bediener

Apparaat rijdt niet of lang-
zaam

Gaspedaal loslaten, sleutelschakelaar op "0" draaien, sleutelschakelaar op "1"
draaien, drukken, gaspedaal hanteren.

Bediener

Besturing oververhit, apparaat uitschakelen en gedurende 15 minuten laten afkoelen.

Bediener

Voorwiel heeft geen greep door te hoge borstelaandrukkracht, borstelaandrukkracht
verlagen.

Bediener

Apparaat remt niet

Parkeerrem gedeactiveerd, voor het activeren de ontgrendelhefboom naar boven duwen.

Bediener

Geen of onvoldoende zuigca-
paciteit

Vuilwaterreservoir leegmaken.

Bediener

Schuimvorming in vuilwatertank? Minder of ander reinigingsmiddel gebruiken. Ont-
schuimer gebruiken.

Bediener

Instelling van de zuigbalk controleren.

Bediener

Afdichting tussen vuilwaterreservoir en deksel reinigen en op dichtheid controleren, in-
dien nodig vervangen.

Bediener

Zuiglippen aan de zuigbalk reinigen, indien nodig omdraaien of vervangen.

Bediener

Zuigslang op verstopping controleren, indien nodig reinigen.

Bediener

Verbinding tussen zuigslang en zuigbalk en zuigslang en deksel van de vuilwatertank
controleren.

Bediener

Zuigslang op dichtheid controleren, indien nodig vervangen.

Bediener

Controleren of het deksel aan de aftapslang voor het vuile water gesloten is.

Bediener

Instelling van de zuigbalk controleren.

Bediener

Vlotter in de vuilwatertank reinigen.

Bediener

Onvoldoende reinigingsresul-
taat

Intensiever reinigingsprogramma kiezen.

Bediener

Borstels op slijtage controleren, indien nodig vervangen.

Bediener

Borstels controleren op vervuiling, reinigen.

Bediener

Controleren of reinigingsmiddel en borstels geschikt zijn voor de reinigingsopdracht.

Bediener

Borstels draaien niet

Zekering borstelaandrijving resetten.

Bediener

Borstels controleren op blokkering door vreemde voorwerpen, vreemde voorwerpen
verwijderen.

Bediener

Geen of te lage dosering van
de reinigingsoplossing

Peil van de reinigingsoplossing in de schoonwatertank controleren, indien nodig navullen.

Bediener

Afsluiter verswater openen.

Bediener

Lucht in de pomp voor reinigingsoplossing, pomp ontluchten (zie "Storingen opheffen").

Bediener

Intensiever reinigingsprogramma kiezen.

Bediener

Zeef schoon water en filter schoon water controleren, indien nodig reinigen.

Bediener

Reinigingskop blijft niet neer-
gelaten.

Borstels monteren.

Bediener

58

NL