Nilfisk-ALTO RS 2200 User Manual
Page 209
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
RS 2200
33019476(3)2010-02 A
37
CONTROLE VAN HET OLIEPEIL VAN HET HYDRAULISCHE SYSTEEM
Schakel de parkeerrem (3, Afb. D) in.
1.
De meter (3, Afb. G) moet aangeven dat de olietank van het hydraulische systeem vol is.
2.
Als dat niet het geval is, verwijdert u de dop (14, Afb. G) en vult u bij. Zie voor de bruikbare soorten olie het hoofdstuk
3.
Technische eigenschappen.
OPMERKING
Vul bij met dezelfde olie als in de tank.
CONTROLE VAN DE REINIGING VAN DE KOELRIBBEN VAN DE GECOMBINEERDE RADIATEUR
LET OP!
Draag geschikte bescherming voor het lichaam (ogen, haren, handen, enz.) bij het schoonmaken van de
machine met een hogedrukspuit (lucht of water).
Zet de machine op een vlakke en stevige ondergrond en schakel de parkeerrem (3, Afb. D) in.
1.
Leeg de afvalcontainer zoals aangegeven in het deel Gebruik van de machine.
2.
Doe de motor uit door de contactsleutel (6, Afb. D) tot het einde tegen de klok in te draaien en de sleutel te verwijderen.
3.
Plaats de blokkeerstang (1, Afb. M).
4.
Reinig de ribben van de gecombineerde radiateur (15, Afb. G) met een straal perslucht (maximaal 6 bar). Indien nodig de
5.
straal perslucht richten in de tegenovergestelde richting van de koele luchtcirculatie.
Controleer of de betreffende ventilator vrij kan draaien als u werkt vanaf de binnenkant van de radiateur (15, Afb. G).
6.
Voer de punten 3 tot en met 6 in de omgekeerde volgorde uit.
7.
CONTROLE VAN HET VLOEISTOFPEIL VAN DE ACCU
LET OP!
Draag geschikte bescherming voor het lichaam (ogen, haren, handen, enz.) bij het controleren of reinigen van de
accu.
Schakel de parkeerrem (3, Afb. D) in.
1.
Leeg de afvalcontainer zoals aangegeven in het deel Gebruik van de machine.
2.
Doe de motor uit door de contactsleutel (6, Afb. D) tot het einde tegen de klok in te draaien en de sleutel te verwijderen.
3.
Plaats de blokkeerstang (1, Afb. M).
4.
Schakel de accu (18, Afb. F) uit door de sleutel van het ontkoppelingsmechanisme (37, Afb. G) te draaien en deze te
5.
verwijderen (zie Afb. X).
Controleer de kleur van de hygrometer (1, Afb. Y); als deze groen is, is de accu nog geschikt. Als deze rood is, moet u:
6.
gedistilleerd water bijvullen
•
de accu opladen.
•
Als de kleur van de hygrometer nog steeds rood is, moet de accu worden vervangen.
Reinig indien nodig de accu.
7.
Controleer of de aansluitingen op de polen van de accu goed vastgedraaid en niet verroest zijn.
8.
Schakel de accu in door de sleutel van het ontkoppelingsmechanisme van de accu (37, Afb. G) in de horizontale stand te
9.
zetten.
Verwijder de blokkeerstang (1, Afb. M) en laat de afvalcontainer zakken zoals aangegeven in het deel Gebruik van de
10.
machine.
CONTROLE VAN HET REMOLIEPEIL
Schakel de parkeerrem (3, Afb. D) in.
1.
Doe de motor uit door de contactsleutel (6, Afb. D) tot het einde tegen de klok in te draaien en de sleutel te verwijderen.
2.
Controleer of het oliepeil in de tank (18, Afb. D) tussen de markeringen MIN en MAX staat. Vul indien nodig bij met dezelfde
3.
olie als in het circuit.
Meestal gebruikte olie: DOT4.
4.
Hoeveelheid olie: 0,7 liter (0,2 USgal).
5.
CONTROLE VAN DE WERKING VAN HET GELUIDSSIGNAAL VAN DE ACHTERUIT
Controleer of het geluidssignaal wordt ingeschakeld als de machine in de achteruitversnelling wordt gezet.