beautypg.com

Bosch GIM 60 L Professional User Manual

Page 53

background image

Nederlands | 53

Bosch Power Tools

1 618 C00 62X | (27.8.12)

In-/uitschakelen laser
Als u de laser wilt inschakelen duwt u de aan-uit-toets 19 in stand „I”.
f

Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk zelf niet in de

laserstraal, ook niet vanaf een grote afstand.

Als u de laser wilt uitschakelen duwt u de aan-uit-toets 19 in stand „0”.
f

Laat het meetgereedschap met ingeschakelde laser niet onbeheerd

achter en schakel de laser na gebruik uit. Andere personen kunnen

door de laserstraal verblind worden.

Als u de laser niet gebruikt, dient u deze uit te schakelen om energie te sparen.
Maateenheid wisselen (zie afbeelding A)
U kunt op elk moment wisselen tussen de maateenheden „°”, „%” en

„mm/m”. Druk daarvoor de toets voor maateenheid wisselen 5 zo vaak in tot

de gewenste maateenheid in de indicatie f verschijnt. De huidige meet-

waarde wordt automatisch omgerekend.
De instelling van de maateenheid blijft bewaard bij het uit- en inschakelen

van het meetgereedschap.
Geluidssignaal in- en uitschakelen
Met de toets voor het geluidssignaal 1 kunt u het geluidssignaal in- en uit-

schakelen. Als het geluidssignaal is ingeschakeld, wordt in het display de in-

dicatie c weergegeven.
De instelling van het geluidssignaal blijft bewaard bij het uit- en inschakelen

van het meetgereedschap.
Meetwaarde-indicatie en richtindicaties
De meetwaarde wordt bij elke beweging van het meetgereedschap geactu-

aliseerd. Wacht na een sterke beweging van het meetgereedschap met het

aflezen van de meetwaarde tot deze niet meer verandert.
Afhankelijk van de positie van het meetgereedschap worden meetwaarde

en maateenheid in het display 180° gedraaid weergegeven. Daardoor kan

de indicatie ook bij werkzaamheden boven het hoofd worden afgelezen.
Het meetgereedschap geeft met de richtindicaties a in het display aan in

welke richting het schuin moet worden geplaatst om de doelwaarde te be-

reiken. De doelwaarde is bij standaardmetingen de horizontale of verticale

lijn, in de functie „Copy” de opgeslagen meetwaarde en bij gewijzigd nul-

punt het opgeslagen nulpunt.
Als de doelwaarde is bereikt, gaan de pijlen van de richtindicaties a uit en

klinkt, als het geluidssignaal is ingeschakeld, een permanent geluid.

Meetfuncties

Vasthouden en overbrengen van een meetwaarde (zie afbeelding D)
Met de toets „Hold/Copy”6 kunnen twee functies bestuurd worden:
– vasthouden („Hold”) van een meetwaarde, ook als het meetgereedschap

daarna wordt bewogen (bijv. omdat het meetgereedschap zich in een

stand bevindt waarin het display slecht afleesbaar is);

– Overbrengen („Copy”) van een meetwaarde.
Functie „Hold”:
– Druk op de toets „Hold/Copy” 6. De huidige meetwaarde b wordt in het

display vastgehouden. Alle display-elementen behalve de meetwaarde

knipperen.

– Als u naar de functie „Copy” wilt gaan, drukt u op de toets voor het ge-

luidssignaal 1. Als u een nieuwe meting wilt starten, drukt u op de toets

„Hold/Copy” 6.

Functie „Copy”:
– Schakel het geluidssignaal in (zie „Geluidssignaal in- en uitschakelen”,

pagina 53).

– Druk op de toets „Hold/Copy” 6. De huidige meetwaarde wordt opge-

slagen. Er klinkt een kort signaal en de indicaties voor maateenheid f en

geluidssignaal c knipperen.

– Grof gemeten waarden kunt u vóór het overbrengen corrigeren. Druk op

de toets voor het verhogen van de indicatiewaarde 4 als u de opgeslagen

meetwaarde wilt verhogen. Druk op de toets voor het verlagen van de in-

dicatiewaarde 5 als u de opgeslagen meetwaarde wilt verlagen.

– Zet het meetgereedschap neer op de plaats waarnaar de meetwaarde

moet worden overgebracht. Zoals op de afbeelding weergegeven, is de

richting van het meetgereedschap daarbij niet van belang. De richtindica-

ties a geven de richting aan waarin het meetgereedschap moet worden be-

wogen om de te kopiëren hoek te bereiken. Bij het bereiken van de opge-

slagen hoek klinkt een geluidssignaal en de richtindicaties a gaan uit.

– Druk op de toets „Hold/Copy” 6 als u een nieuwe meting wilt starten.
Nulpunt wijzigen
Als u schuine hoeken (bijv. 45°) gemakkelijker wilt controleren, kunt u het

nulpunt van de meting wijzigen.
Richt het meetgereedschap zodanig, bijv. door het tegen een referentie-

werkstuk te plaatsen, dat het gewenste nieuwe nulpunt als meetwaarde

wordt aangegeven (bijv. 45,1°). Druk op de toets „Alt 0°” 3. De meet-

waarde b en de indicatie voor het gewijzigde nulpunt e knipperen.
Grof gemeten waarden kunt u corrigeren zolang de meetwaarde b knippert.

Druk op de toets voor het verhogen van de indicatiewaarde 4 als u de opge-

slagen meetwaarde wilt verhogen. Druk op de toets voor het verlagen van de

indicatiewaarde 5 als u de opgeslagen meetwaarde wilt verlagen (bijv. van

45,1° naar 45,0°). De weergegeven hoek wordt 3 seconden nadat voor het

laatst op een toets is gedrukt als nieuwe referentiewaarde opgeslagen.

OBJ_BUCH-1628-002.book Page 53 Monday, August 27, 2012 12:22 PM