Metz MECABLITZ 58 AF-2 digital Nikon User Manual
Page 84

ń
5.4 Automatisch flitsenfunctie A
In de automatisch-flitsenfunctie A meet de fotosensor ቫ van de flitser het door
het onderwerp gereflecteerde licht. De fotosensor ቫ heeft een meethoek van
ong. 25° en meet alleen tijdens de eigen lichtafgifte. Als de flitser voldoende
licht heeft gegeven, schakelt de belichtingsautomaat van de flitser hem onmid-
dellijk uit. De fotosensor ቫ moet op het onderwerp gericht zijn.
In het display wordt de maximale reikwijdte van het flitslicht aangegeven. De
kortste flitsafstand bedraagt ong. 10% van de maximale reikwijdte. De flitsop-
namen lukken het beste als het onderwerp zich ongeveer in het midden van de
reikwijdte bevindt, daarmee wordt de belichtingsautomatiek dan voldoende
speelruimte voor een uitgewogen verlichting.
Het instellen:
• Druk zo vaak op de toets
, dat in het display
‘Mode’ aangegeven staat.
• Stel met de toetsen
en
u de functie
in. De geselecteerd functie verschijnt dan tegen een
balkje.
De instelling treedt onmiddellijk in werking.
• Druk op de toets
. Het display schakelt naar de
normale weergave terug. Als u niet op de toets
drukt, schakelt het display na ong. 5 sec. naar de
normale weergave terug.
Bij een correct belichte opname licht de aanduiding
van de flitscontrole “o.k.’ ተ gedurende 3 seconden op
(zie 13).
5.5 Automatisch invulflitsfunctie
Bij de automatisch invulflitsfunctie bij daglicht wordt op de flitser in de automa-
tisch-flitsenfunctie
een correctiewaarde van ong. -1 EV … -2 EV voor de
flitsbelichting ingesteld (zie 6.4 en 10.5). Daardoor ontstaat bij de opname een
natuurlijk werkend ophelderingseffect voor de schaduwpartijen.
A
A
ĭ
İ
Mode
5.6 Flitsen met manual-instellingen
In de functie van flitsen met manual-instellingen
wordt door de flitser de
volle energie uitgestraald zonder dat die geregeld wordt. De aanpassing aan
de opnamesituatie kan bijv. door de diafragma-instelling op de camera of door
het kiezen van een geschikt deelvermogen worden bereikt.
Het instellen:
• Druk zo vaak op de toets
, dat in het display
‘Mode’ aangegeven staat.
• Stel met de toetsen
en
u de functie
in. De geselecteerd functie verschijnt dan tegen een
balkje. De instelling treedt onmiddellijk in werking.
• Druk op de toets
. Het display schakelt naar de
normale weergave terug. Als u niet op de toets
drukt, schakelt het display na ong. 5 sec. naar de normale weergave terug.
Het instellen van een deelvermogen:
• Druk zo vaak op de toets
(parameter), dat in
het display ‘P’ voor deelvermogen wordt aangege-
ven.
• Stel met de toetsen
en
de gewenste waarde
(1/1 – 1/256) in.
De instelling treedt onmiddellijk in werking.
• Druk op de toets
. Het display schakelt naar de
normale weergave terug. Als u niet op de toets
drukt, schakelt het display na ong. 5 sec. naar de
normale weergave terug.
In het display wordt de afstand aangegeven, waarbij
het onderwerp correct wordt belicht.
Sommige camera’s ondersteunen de functie van
flitsen met manual-instellingen
alleen in de
cameramodus Manual
!
M
M
☞
–
+
Para
M
ĭ
İ
Mode
M
Mode
TTL BL
A
M
İ
ĭ
Set
A
☛
Mode
Para
Sel
F 4.5
AZoom 70
14 m
ISO 200
A
✴
84
Mode
TTL BL
A
M
İ
ĭ
Set
M
☛
Mode
Para
Sel
F 4.0
MZoom 24
10 m
ISO 200
M
F 4.0
MZoom 24
0,6 m
P1/8
M
☛☛
Para
–
+
709 47 0159.A1 58AF-2 Ni Print 26.07.2010 14:12 Uhr Seite 84