Type geluidskleureffect, Gebruik van de geluidskleureffecten, Nederlands – Pioneer DJM-800 User Manual
Page 101: Crush, Filter, Sweep
101
Du
Nederlands
TYPE GELUIDSKLEUREFFECT
3. CRUSH
Dit effect zal het geluid enigszins “verbrijzelen” waardoor een
bepaald accent aan het geluid wordt toegevoegd.
4. FILTER
De filterfrequentie wordt verschoven, met een sterke
verandering in de toon tot gevolg.
Draai de regelaar naar rechts voor hoogdoorlaatfilter-effecten
en naar links voor laagdoorlaatfilter-effecten.
Laagdoorlaatfilter
Frequentie
COLOR
HI
LOW
Hoogdoorlaatfilter
Frequentie
GEBRUIK VAN DE
GELUIDSKLEUREFFECTEN
De geluidskleureffecten zijn gekoppeld aan de COLOR effect-
parameterregelaar voor elk kanaal.
* De geluidskleureffecten worden niet op de microfooninvoer
toegepast.
1. Druk op de geluidskleureffect-keuzetoetsen (HARMONIC,
SWEEP, FILTER, CRUSH) voor het gewenste effect.
HARMONIC:
Voor het toepassen van een toonhoogte-verschuivingseffect
overeenkomstig de toonaard van de track.
SWEEP:
De track wordt door het filter geleid en uitgevoerd.
CRUSH:
Het geluid van de track wordt uitgevoerd via een
“verbrijzelingseffect”.
FILTER:
De track wordt gefilterd en uitgevoerd.
¶ De toets voor het gekozen effect knippert.
¶ Het gekozen effect wordt gelijk op de kanalen 1 tot 4 toegepast.
¶ Wanneer een knipperende toets wordt ingedrukt, zal deze
blijven branden en wordt het effect uitgeschakeld.
¶ Bij het inschakelen van het apparaat komen alle effecten op uit
te staan (de indicators lichten op).
2. Gebruik de geluidskleureffect-parameterregelaar (COLOR)
om de kwantitatieve parameter voor het effect in te
stellen.
¶ De parameter kan onafhankelijk voor elk kanaal worden
ingesteld.
¶ De kleur van de harmonie-indicator verandert om de toestand
van het harmonisch effect aan te geven.
Rood: Komt niet overeen met de frequentie van de
toonaardschaal.
Groen: Komt overeen met de frequentie van de toonaardschaal.
1
HARMONIC,
SWEEP,
FILTER,
CRUSH
2
COLOR
EFFECTFUNCTIES (TYPE GELUIDSKLEUREFFECT/GEBRUIK VAN DE GELUIDSKLEUREFFECTEN)
1. HARMONIC
Detecteert een afwijking in het ingangsgeluid van de absolute
toonhoogte en compenseert automatisch naar de
dichtstbijzijnde toonaard.
Door de regelaar te draaien kan de toonhoogte/toonaard
afgesteld worden binnen een bereik van ±6 halftonen.
COLOR
HI
LOW
Ingangsgeluid
Gecompenseerd geluid
Scherpfilter
Banddoorlaatfilter
Frequentie
Frequentie
2. SWEEP
Met deze functie wordt de frequentie van het filter verschoven,
waardoor grote veranderingen in de toon teweeg worden
gebracht. Wanneer de regelaar naar rechts wordt gedraaid,
wordt het effect van een banddoorlaatfilter geproduceerd en
wanneer de regelaar naar links wordt gedraaid, wordt het
effect van een scherpfilter geproduceerd.
COLOR
HI
1 kHz
LOW
1 kHz