Installatie, Trig std med 1 trig std med 1 – Yamaha DTXPRESS III User Manual
Page 172
12
Installatie
■
Selecteren van de trigger setup
Via deze instelling kunt u de trigger setup kiezen die het best overeenkomt
met de drumset die u gebruikt.
Als u het soort drumset dat u gebruikt omschakelt op de DTXPRESS III,
dient u de onderstaande procedure te gebruiken om de juiste setup te kiezen.
1. Druk op de [TRIG] toets om het trigger setup
display te laten verschijnen.
2. Gebruik de [VALUE–]/[VALUE+] toetsen om de
trigger setup te kiezen die het best past bij de
drumset die u gebruikt.
TRIG
__________
1
STD
Med
1
TRIG
__________
1
STD
Med
1
●
Trigger setup lijst
1
STD
Med
(voor Standaard drumset)
Normale instelling
2
STD
Dyna
(voor Standaard drumset)
Groot dynamisch bereik. Deze instelling is geschikt voor
reproductie van subtiele uitdrukkingsmogelijkheden over
een groot dynamisch bereik. Te veel vibratie kan echter lei-
den tot 'crosstalk' (geluidsoverdracht van andere pads).
3
STD
Easy
(voor Standaard drumset)
Beperkt dynamisch bereik voor een stabiele triggerdetectie.
Deze instelling is geschikt voor een minder expressieve
maar vloeiender en uniformer geluid.
4
SP
Med
(voor Speciale drumset)
Normale instelling
5
SP
Dyna
(voor Speciale drumset)
Groot dynamisch bereik. Deze instelling is geschikt voor
reproductie van subtiele uitdrukkingsmogelijkheden over
een groot dynamisch bereik. Te veel vibratie kan echter lei-
den tot 'crosstalk' (geluidsoverdracht van andere pads).
6
SP
Easy
(voor Speciale drumset)
Beperkt dynamisch bereik voor een stabiele triggerdetectie.
Deze instelling is geschikt voor een minder expressieve
maar vloeiender en uniformer geluid.
7
DT10/20
(voor de DT10/20)
Voor DT10/20 triggersystemen met akoestische drums
8
UserTrig
—
11
UserTrig
(voor de gebruiker zelf)
Hiermee kan de gebruiker zelf de trigger instellingen aan-
passen. (Instellingen wijzigen via de modus [Trigger Setup
Edit] (Reference Guide: P. 11))
Trigger setup
●
Advies over aansluitingen
• De trigger-ingangsaansluitingen van 1 KICK t/m 8 HI HAT zijn
alle stereo-aansluitingen.
Pads met triggerschakelaars zoals de TP65S, PCY65S, PCY130S
enz. kunnen ook met deze aansluitingen worden verbonden.
• 3-Zone pads zoals de TP65S kunnen worden aangesloten op de
ingangen 2 SNARE, 6 RIDE en 7 CRASH1.
• De instellingen voor de ingangsaansluitingen van de DTXPRESS
III zijn voorgeprogrammeerd voor pads die overeenkomen met
de labels van de ingangsaansluitingen (KICK, SNARE enz.). Als
er een ander soort pad wordt aangesloten op een dergelijke in-
gang, moet u de daarbij behorende instellingen (gevoeligheid enz.)
aanpassen aan deze pad.
• Gevoeligheid wordt ingesteld in de modus Trigger Setup Edit [1-
1. Pad Type] (Reference Guide: p. 12).
• De invoergevoeligheidsschakelaars (INPUT ATTENUATION) zijn
schakelaars die corresponderen met de trigger-aansluitingen 1
KICK-6 RIDE.
De L-stand van de schakelaar correspondeert met een lage gevoe-
ligheid voor pads als TP, KP, PCY en PB. De H-stand correspon-
deert met een hoge gevoeligheid die geschikt is voor bijvoorbeeld
de DT20 Drum Trigger.
• De HH serie Hi-Hat Controller kan worden gebruikt als voetpedaal
(wijzig de instellingen onder [1-1, Pad Type] (Reference Guide:
P.12)).
• Naast de 1 KICK-aansluiting kan de 9 CRASH2/10-aansluiting
worden gebruikt voor het aansluiten van een tweede bassdrum-
pedaal om dubbele bassdrums te creëren.
• De aansluitingen 9 CRASH2/10 corresponderen met een dubbele
trigger-invoer die gebruikmaakt van een stereoaansluiting voor L
(9) en R (10).
U kunt een conversiekabelplug gebruiken (stereoplug m monoplug
x2) voor de invoer van twee afzonderlijke trigger-signalen.
Wanneer er een stereokabel wordt gebruikt om de KP65 Kick
Pad aan te sluiten, kunt u de ingangsaansluiting van de KP65 ge-
bruiken als ingangsaansluiting voor de trigger ingang 10 van de
DTXPRESS III (wijzig de instellingen onder [2-3. Input
Exchange] (Reference Guide: P. 15).