Veiligheidsfuncties – Nilfisk-Advance America SR 1800S 2WD User Manual
Page 103
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1800S D 2WD
33014097(2)2006-12 A
23
CONTROLE VAN HET KOELVLOEISTOFPEIL
VAN DE DIESELMOTOR
Zet de machine op een vlakke en stevige ondergrond en
schakel de parkeerrem (21, Afb. B-C) in.
Schakel de motor uit door de contactsleutel (17, Afb.
B-C) tot het einde linksom te draaien en de sleutel te
verwijderen.
Open de motorkap (5, Afb. F).
LET OP!
Het koelcircuit staat onder druk; voer geen
controles uit voordat de motor is afgekoeld en
open ook in dat geval voorzichtig de dop (1,
Afb. AD) van de tank (2).
Ga te werk zoals beschreven in de handleiding van
de dieselmotor en controleer of het koelvloeistofpeil
in de tank (2, Afb. AD) tussen de markeringen van het
minimum- en maximumniveau staat. Schroef indien
nodig de dop (1, Afb. AD) los en vul bij.
Bestanddelen van de koelvloeistof:
50% antivries AGIP
50% water
Draai de dop (1, Afb. AD) vast na het bijvullen.
Sluit de motorkap (5, Afb. F).
DE BRANDSTOFLUCHTFILTER VAN DE
DIESELMOTOR VERVANGEN
Zet de machine op een stevige, vlakke ondergrond.
Schakel de motor uit door de contactsleutel (17, Afb.
B-C) tot het einde linksom te draaien en de sleutel te
verwijderen.
Schakel de parkeerrem (21, Afb. B-C) in.
Open de motorkap (5, Afb. F) en bevestig deze met de
steunstang (6, Afb. F).
Vervang de brandstoffi lter van de dieselmotor zoals
beschreven in de betreffende handleiding.
Sluit de motorkap (5, Afb. F).
DE LUCHTFILTER VAN DE STUURCABINE
VERVANGEN (*)
(*) Alleen bij een cabine met klimaatregelaar
Zet de machine op een stevige, vlakke ondergrond.
Schakel de motor uit door de contactsleutel (17, Afb.
B-C) tot het einde linksom te draaien en de sleutel te
verwijderen.
Schakel de parkeerrem (21, Afb. B-C) in.
Verwijder in de stuurcabine de schroeven (1, Afb. AE) en
verwijder het paneel (2).
Draai de knoppen (1, Afb. AF) los en verwijder het paneel
(2).
Verwijder de luchtfi lter (1, Afb. AG) van de cabine.
Monteer de nieuwe fi lter (1, Afb. AG) zoals afgebeeld met
de pijlen (2) in de richting van de luchtstroom.
Voer de punten 3 en 4 in omgekeerde volgorde uit.
1.
2.
3.
4.
5.
•
•
6.
7.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
VERVANGING VAN DE ZEKERINGEN
Schakel de parkeerrem (7, Afb. E) in.
Draai de contactsleutel (17, Afb. D) tot het einde tegen
de klok in en verwijder de sleutel.
Verwijder de doorzichtige bescherming van het
zekeringenkastje (23 of 24, Afb. B-C) en vervang de
betreffende zekering. Raadpleeg voor de waarden
en functies van de zekeringen het deel Elektrische
beschermingen.
Doe de doorzichtige bescherming van het
zekeringenkastje (23 of 24, Afb. B-C) terug.
VEILIGHEIDSFUNCTIES
Op de machine zijn de volgende veiligheidsfuncties voorzien:
GELUIDSSIGNAAL VAN DE ACHTERUIT
(OPTIONEEL)
De machine is voorzien van een sensor met overeenkomend
geluidssignaal om aan te geven dat het voertuig in zijn
achteruit staat.
BEGRENZINGSSENSOR VOOR STARTEN
VAN DE DIESELMOTOR BIJ GEACTIVEERD
GASPEDAAL
De machine is voorzien van een sensor die zorgt dat de
dieselmotor niet start wanneer het gaspedaal wordt ingedrukt.
BEGRENZINGSSENSOR VOOR STARTEN VAN
DE DIESELMOTOR WANNEER DE BEDIENER
NIET IN DE STOEL ZIT
De machine is voorzien van een sensor in het kussen van
de stoel die zorgt dat de dieselmotor niet start wanneer de
bediener niet op de stoel zit.
1.
2.
3.
4.