Iv gebruiksprincipes, N ederlands – Compex Runner User Manual
Page 48

n
ederlands
46
IV GEBRUIKSPRINCIPES
De in deze rubriek uiteengezette
gebruiksprincipes gelden als algemene regels.
Voor alle programma’s is het raadzaam de
informatie en gebruiksadviezen in hoofdstuk
VII “Progamma’s” aandachtig te lezen.
1. Plaatsing van de elektroden
U wordt aangeraden de aanbevelingen voor
de plaatsing van de elektroden te gebruiken.
Hiervoor verwijzen wij u naar de tekeningen
en pictogrammen op de flap van de cover van
de handleiding.
Een stimulatiekabel heeft twee polen:
Een positieve pool (+) = rode aansluiting
Een negatieve pool (–) = zwarte aansluitingn
op elk van beide polen moet een
verschillende elektrode aangesloten zijn.
opmerking: Bij bepaalde plaatsingen van
de elektroden, is het volstrekt mogelijk
en normaal dat een elektrode-uitgang
ongebruikt blijft.
Afhankelijk van de kenmerken van de stroom
die voor elk programma wordt gebruikt,
kan de elektrode die met de positieve
pool verbonden is (rode aansluiting) baat
hebben bij een “strategische” plaatsing.
Voor alle programma’s met elektrostimulatie
van de spieren, dat wil zeggen voor
de programma’s die de spieren doen
samentrekken, is het belangrijk dat de
elektrode met de positieve polariteit wordt
geplaatst op het motorische punt van de
spier.
De keuze van de grootte van de elektroden
(groot of klein) en hun correcte plaatsing
op de spiergroep die u wilt stimuleren,
zijn bepalende en essentiële factoren
voor de doeltreffendheid van de
elektrostimulatietechniek. Houd u dus
altijd aan de op de tekeningen aangeduide
grootte van de elektroden. Behalve bij een
bijzonder medisch advies, moet u steeds
de op de tekeningen aangeduide plaatsing
naleven.
Zoek zo nodig de beste positie door de
positieve elektrode een beetje te verplaatsen
totdat u de beste spiercontractie of de
meest comfortabele plaatsing vindt.
Compex wijst elke verantwoordelijkheid af
voor andere plaatsingen.
2. Positie van het lichaam
De houding van de persoon hangt af van
de spiergroep die u wilt stimuleren en van
het gekozen programma. Voor de meeste
programma’s die sterke spiercontracties
(tetanische contracties) veroorzaken, is het
aanbevolen om de spier isometrisch te
stimuleren. Daarvoor moet u het uiteinde
van de ledematen stevig vastmaken. Zo
zorgt u voor een maximale weerstand tegen
de beweging en voorkomt u dat de spier
verkort tijdens de contractie, en voorkomt
u het optreden van krampen en ernstige
spierpijnen na de sessie. Een voorbeeld:
bij het stimuleren van de quadriceps zit
de persoon met de enkels met riemen
vastgebonden, om te voorkomen dat de
knieën worden gestrekt.
Voor de andere soorten programma’s
(bijvoorbeeld de programma’s van de
categorieën
Pijnbestrijding,
Herstel
en de programma’s Kramppreventie,
Optimalisatie lange rit en
Overcompensatie), die niet leiden tot
krachtige spiercontracties, neemt u de
meest comfortabele houding aan.
Om de stimulatiehouding te bepalen op
grond van de plaatsing van de elektroden
en het gekozen programma, verwijzen wij
naar de specifieke toepassingen op onze site
www.compexrunner.com.