beautypg.com

Tunturi C45 User Manual

Page 43

background image

43

I

M A N U A L E D ' U S O

C 4 5

CONDITIETEST

De condititetest van de monitor is een

meertrapstest. Deze begint met een lichte

inspanning, maar afhankelijk van het gekozen

testmodel neemt de inspanning gelijkmatig toe.

De meertrapstest is een veilige en betrouwbare

submaximale manier om de lichamelijke conditie

te testen. De test wordt voortgezet tot de

individuele streefwaarde voor de hartslag (85 %

van uw maximale hartslag) is bereikt. Voor de test

is het gebruik van de hartslagriem vereist: tijdens

de test houdt de monitor de wijzigingen in de

hartslag bij en schat aan de hand daarvan uw

maximale zuurstofopnamecapaciteit. De maximale

zuurstofopnamecapaciteit is de beste manier om de

lichamelijke conditie in te schatten. Na de test geeft

de meter uiteenlopende informatie over uw conditie

in de vorm van een beschrijving en een numerieke

waarde (ml/kg/min).

VOORBEREIDING Op DE TEST

1.

Controleer of de gegevens voor uw

gebruikersnaam zijn bijgewerkt – de meter gebruikt

de gegevens over de gebruiker als uitgangspunt

voor de conditietest.

2.

Kies FITNESS TEST.

3.

Kies met het keuzewiel de conditiecategorie die

het meest op u van toepassing is:

A)

inactief = beoefent geen lichaamsbeweging,

zwakke conditie

B)

actief = doet aan lichaamsbeweging,

gemiddelde of goede conditie

C)

athletisch = doet actief aan lichaamsbeweging,

goede of uitstekende conditie

4.

Op het display komt het testmodel

dat correspondeert met de respectieve

conditiecategorie.

A)

Tid/Stap = duur van de vermogenstrappen

tijdens de test

B)

Stappen = vermogen van de trap (in Watt); de

test bestaat uit meerdere trappen

C)

Eerste fase = inspanningstrap waarmee de test

begint

5.

Bevestig uw keuze door het keuzewiel in te

drukken.

6.

Indien nodig kunt u de streefwaarde voor uw

hartslag aanpassen met het keuzewiel. Bevestig uw

instellingen met het keuzewiel.

7.

Het display geeft aan dat u kunt stoppen met

de test zodra u de streefwaarde voor uw hartslag

hebt bereikt. Start de test door het keuzewiel in te

drukken.

UITVOERING VAN DE TEST

1.

Op het display komt het gekozen trappenmodel

van de test. Begin de test door te gaan fietsen. De

curve van uw hartslag wordt in het rood op het

display afgebeeld en wordt tijdens de test steeds

bijgewerkt. De streefwaarde voor de hartslag is een

rode stippellijn.

2.

Wanneer uw hartslagniveau de streefwaarde

bereikt, geeft de monitor een geluidssignaal en

een melding op het display. Wij bevelen u aan

om de test nu te stoppen, maar als uw conditie

voldoende goed is, kunt u ook doorgaan met de

test. Als de streefwaarde voor uw hartslag correct

is ingesteld (d.w.z. dat u precies genoeg heeft

vastgesteld wat uw maximale hartslag is), levert

doorgaan met de test echter geen verbetering in de

testnauwkeurigheid op. Als u uw maximale hartslag

te hoog inschat, wordt ook uw conditie te hoog

ingeschat. Op dezelfde manier wordt uw conditie te

laag ingeschat als u uw maximale hartslag te laag

inschat.

3.

Om de test te stoppen als u de streefwaarde voor

uw hartslag hebt bereikt, drukt u op de knop BACK/

STOP of stopt u met het bewegen van de pedalen.

De monitor toont vervolgens het testresultaat:

A)

aërobische conditie = schatting van uw

conditieniveau in het inspanningsgebied dat u

meestal

gebruikt en dat het best weergeeft hoe goed uw

lichamelijke conditie is.

B)

MET-waarde = getal dat het aantal veelvouden

aangeeft waarmee de zuurstofopnamecapaciteit

van uw

lichaam kan toenemen ten opzichte van een

volledige rusttoestand.

C)

ml/kg/min = uw zuurstofopnamecapaciteit

uitgedrukt in milliliters zuurstof per minuut per

kilo lichaamsgewicht.

D)

l/min = uw zuurstofopnamecapaciteit

uitgedrukt in liters zuurstof per minuut. Het

verschil met de

voorafgaande waarde is, dat hier geen rekening

wordt gehouden met uw lichaamsgewicht.

E)

Wmax = schatting van uw maximale

prestatieniveau in Watt.

F)

W/kg = verhoudingsgetal van uw maximale

prestatieniveau en uw gewicht.

MANNEN / MAXIMALE

ZUURSTOFOpNAMEVERMOGEN (VO2MAX)

1 = ZEER SLECHT, 7 = UITSTEKEND

LEEFT.

1

2

3

4

5

6

7

18-19 <33 33-38 39-44 45-51 52-57 58-63 >63
20-24 <32 32-37 38-43 44-50 51-56 57-62 >62
25-29 <31 31-35 36-42 43-48 49-53 54-59 >59
30-34 <29 29-34 35-40 41-45 46-51 52-56 >56
35-39 <28 28-32 33-38 39-43 44-48 49-54 >54
40-44 <26 26-31 32-35 36-41 42-46 47-51 >51
45-49 <25 25-29 30-34 35-39 40-43 44-48 >48
50-54 <24 24-27 28-32 33-36 37-41 42-46 >46
55-59 <22 22-26 27-30 31-34 35-39 40-43 >43
60-65 <21 21-24 25-28 29-32 33-36 37-40 >40