Veiligheid, Bediening, Aansluiten – Ultimate Speed ULG 3.8 A1 User Manual
Page 37: Loskoppelen, Laadstand kiezen, Reset / instellingen wissen, Omschakelen tussen de modi 1, 2, 3 en 4

37
NL
Veiligheid
Q
Bediening
Trek altijd eerst de
steker uit de contactdoos voordat u werk-
zaamheden aan de batterijlader uitvoert.
GEVAAr Voor
ELEKTriSchE SchoKKEN! GEVAAr
Voor mATEriËLE SchADE! GEVAAr
Voor LETSEL! Waarborg dat u niet op stroom-,
gas- of waterleidingen stoot wanneer u de
schroeven in de wand boort. Controleer de
wand eventueel met een leidingzoeker voordat
u gaat boren.
Monteer de batterijlader eventueel op een plank
of een wand. Schroef hiervoor twee schroeven
door de bevestigingsboring
12
op de plank of
in de wand.
Q
Aansluiten
Voor het opladen en druppelladen van een vast
in een voertuig aangesloten accu maakt u eerst
de aansluitkabel met de minpool (zwart) van
het voertuig los van de minpool van de accu.
De minpool van de accu is in de regel verbonden
met de carrosserie van het voertuig.
Haal vervolgens de aansluitkabel met de plus-
pool (rood) van het voertuig van de pluspool
van de accu.
Klem eerst de “+“-pool-snelcontact-aanslutiklem
(rood)
15
van de batterijlader op de “+“-pool
van de accu (zie afb. C).
Klem de “–“-pool-snelcontact-aanslutiklem (zwart)
16
op de “–“-pool van de accu (zie afb. C).
Sluit de netkabel
11
van de batterijlader aan
op de contactdoos.
Q
Loskoppelen
Haal het apparaat van de netstroom.
Verwijder de “–“-pool-snelcontact-aanslutiklem
(zwart)
16
van de “–“-pool van de accu.
Verwijder de “+“-pool-snelcontact-aanslutiklem
(rood)
15
van de “+“-pool van de accu.
Sluit de aansluitkabel met de pluspool van het
voertuig weer aan op de pluspool van de accu.
Sluit de aansluitkabel met de minpool van het
voertuig weer aan op de minpool van de accu.
Q
Laadstand kiezen
U kunt kiezen uit verschillende bedrijfsmodi om
verschillende accu’s bij verschillende omgevings-
temperaturen op te laden.
Anders dan de meeste batterijladers beschikt dit appa-
raat over een speciale functie om een lege batterij /
accu op-nieuw te kunnen gebruiken. U kunt een
volledig ontladen batterij / accu opnieuw opladen.
Een beveiliging tegen verkeerde aansluiting en kort-
sluiting waarborgt een veilige laadprocedure. Door
de ingebouwde elektronica begint de lader niet
meteen na aansluiting van de accu te werken,
maar pas nadat een laadstand is gekozen.
Zo worden vonken, die vaak optreden bij het aan-
sluiten, voorkomen. Bovendien wordt de batterijlader
gestuurd door een interne MCU (microcomputer-
eenheid).
Q
reset / instellingen wissen
Na aansluiting op de stroomvoorziening gaat het
apparaat automatisch over op de basisstand en
blijft het in de standbystand.
Q
omschakelen tussen de modi
1, 2, 3 en 4
Druk de keuzetoets MODE
9
dienovereen-
komstig vaak achter elkaar in.
Het apparaat schakelt in de volgende volgor-
de naar de laadmodi: Stand-by , MODE 1
“6 V“, MODE 2 , MODE 3
, MODE 4
en start vervolgens de volgende cyclus.
oPmErKiNG: Als u een 12 V-accu aansluit, kan
MODUS 1 “6 V” niet worden geselecteerd.
als u een 6 V-accu aansluit, kan MODUS 2, 3, of 4
“12 V” niet worden geselecteerd.
Bediening