Vóór inbedrijfstelling, Bediening – Florabest FBLB 33 A1 User Manual
Page 22

NL/BE
- 22 -
6. Vóór inbedrijfstelling
6.1 Montage van de blaaspijp (fi g. 2-3)
Alvorens het toestel voor het eerst in gebruik te
nemen dient u het als volgt te assembleren:
•
Vóór de eerste ingebruikneming de transport-
beveiliging van karton zoals getoond in fig. 2.
•
De flexibele blaasslang (fig. 2a, pos. 12) over
de aansluiting op de motoreenheid schuiven
en de slangbeugel (fig. 2a, pos. A) goed
aanhalen.
•
Dan de handgreep (fig. 2b, pos. 1) over de
bovenste blaaspijp (fig. 2b, pos. 13) schuiven.
•
De handgreep (fig. 2c, pos. 1) en de aanslag
(fig. 2c, pos. B) gelijk uitrichten zoals getoond
in fig. 2c en de handgreep vastschroeven.
•
De flexibele ring (fig. 2c, pos. C) naar zijn
tussenstand brengen zodat die in draai-
richting links en rechts even ver verwijderd is
van aanslag B.
•
Dan de bovenste blaaspijp (fig. 2c, pos. 13)
de flexibele blaasslang (fig. 2c, pos. 12) in
schuiven en fixeren d.m.v. de slangbeugel
(fig. 2c, pos. D).
•
De kabelslang met de bevestigingsbeugel
(fig. 3, pos. E) op de flexibele blaasslang (fig.
3, pos. 12) fixeren.
•
De onderste blaaspijp (fig. 3a, pos. 14) over
de bovenste blaaspijp (fig. 3a, pos. 13) schu-
iven en door draaien met de wijzers van de
klok mee vastzetten.
•
U kunt ofwel het blaasmondstuk met grote
opening ofwel met kleine opening monteren.
De blaasmondstukken over de blaaspijp
schuiven en door draaien met de wijzers van
de klok mee vastzetten.
6.2 Brandstof en olie
Gebruik alleen een mengeling van loodvrije
benzine en speciale tweetaktmotorolie. Meng de
brandstofmengeling volgens de brandstofmeng-
tabel.
Let op: Gebruik geen brandstofmengeling die
langer dan 90 dagen werd bewaard.
Let op: Gebruik geen tweetaktolie waarvoor een
mengverhouding van 100 tot 1 wordt aanbevo-
len. Bij motorschade als gevolg van onvoldoende
smering vervalt de motorgarantie van de fabri-
kant.
Let op: Gebruik voor het transport en bewaren
van brandstof alleen vaten die daarvoor voorzien
en toegelaten zijn.
Giet telkens de juiste hoeveelheid benzine en
tweetaktolie de bijgaande mengfl es in (zie opge-
drukte schaal). Schud daarna de fl es fl ink door.
6.3 Brandstofmengtabel
Mengmethode: 40 delen benzine op 1 deel olie
Benzine
Tweetaktolie
1 Liter
25 ml
5 Liter
125 ml
7. Bediening
Gelieve de wettelijke bepalingen m.b.t. de veror-
dening inzake de bestrijding van lawaaioverlast
na te leven die plaatselijk kunnen verschillen.
7.1 Koude start (4a-4b)
Giet in de tank de behoorlijke hoeveelheid benzi-
ne-oliemengsel. Zie ook “brandstof en olie”.
1. Het toestel veilig en vast op de grond zetten.
2. AAN/UIT-schakelaar (4) naar de stand
“ON” brengen (fi g. 4a)
3. 10 keer op de brandstofpomp (10) drukken
(fi g. 4b).
4. Chokehendel (7) naar de stand „ “ brengen.
5. Het toestel aan de greep goed vasthouden.
6. Startkabel (8) een kort eindje uittrekken tot
u een weerstand voelt. Dan moet u de kabel
gelijkmatig fl ink doorhalen om de motor te
starten. Draait de motor, brengt u de choke-
hendel naar de stand „ “.
7. De motor ca. 10 seconden laten warmdraai-
en.
Aanwijzing: Start de motor na meerdere pogin-
gen niet, ga dan te werk zoals beschreven in het
hoofdstuk “Foutopsporing”.
Aanwijzing: Trek de startkabel steeds recht
eruit. Als u de kabel schuin uittrekt, gaat hij tegen
het oog wrijven. Door deze wrijving gaat de
draad uitrafelen en sneller afslijten. Houd de star-
tergreep steeds vast als de kabel terug wordt ge-
Anleitung_3436061_LB2.indb 22
Anleitung_3436061_LB2.indb 22
01.06.12 12:23
01.06.12 12:23