Dell Latitude D631 (Early 2009) User Manual
Page 43
Snelle referentiegids
43
2
Als er tijdens een test een probleem wordt gedetecteerd, wordt er een bericht weergegeven met de
foutcode en een beschrijving van het probleem. Noteer de foutcode en de beschrijving van het probleem
en volg de instructies op het scherm.
Als u de foutconditie niet kunt oplossen, moet u contact opnemen met Dell (zie het gedeelte "Contact
met Dell opnemen" in de Gebruikershandleiding).
OPMERKING:
Het servicelabel voor de computer bevindt zich boven aan elk testvenster. Als u contact
opneemt met Dell, zullen de medewerkers van de technische ondersteuning naar het servicelabel vragen.
3
Wanneer u een test uitvoert met de optie Custom Test (Aangepaste test) of Symptom Tree
(Symptomenstructuur), kunt u voor meer informatie over de test op een van de tabbladen klikken die
in de volgende tabel worden beschreven.
4
Als de tests zijn voltooid en u Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) vanaf het medium Drivers
and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) hebt uitgevoerd, moet u dit medium verwijderen.
5
Wanneer de tests zijn voltooid, sluit u het testscherm om terug te keren naar het scherm met het
hoofdmenu. U sluit Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) af en start de computer opnieuw op
door het scherm met het hoofdmenu te sluiten.
Symptom Tree
(Symptomen-structuur)
Geeft een overzicht van de problemen die het meest voorkomen en stelt u in staat
om een test te selecteren op basis van de symptomen van het probleem dat
u ondervindt.
Tabblad
Functie
Results (Resultaten)
Hier worden de resultaten van de test weergegeven, samen met eventuele
foutcondities die zijn aangetroffen.
Errors (Fouten)
Geeft de aangetroffen foutcondities weer en een beschrijving van het probleem.
Help
Hier wordt de test beschreven en worden eventuele vereisten voor het uitvoeren
van de test vermeld.
Configuration
(Configuratie)
Hier wordt de hardwareconfiguratie beschreven voor het geselecteerde apparaat.
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) haalt configuratiegegevens op voor
alle apparaten uit de systeeminstellingen, het geheugen, verschillende interne tests
en geeft de informatie weer in de lijst met apparaten in het linkervenster van het
scherm. Mogelijk worden in het apparaatoverzicht niet de namen van alle
onderdelen weergegeven die zijn geïnstalleerd in of aangesloten op de computer.
Parameters
Hiermee kunt u de test aanpassen door de testinstellingen te wijzigen.
Optie
Functie
(vervolg)