Sp-p/o mode (achteruitgang en, Preout-instelling) op bladzijde 96, Systeemmenu – Pioneer FH-460UI User Manual
Page 96: De aux-signaalbron, Als een scherm verkeerd wordt weergegeven, Verbindingen, Gebruik van het toestel, Installatie

Black plate (96,1)
SP-P/O MODE (achteruitgang en preout-instel-
ling)
Op de uitgang voor de achterluidspreker en de
RCA-uitgang van dit toestel kan een luidspreker
met volledig bereik of een subwoofer aangesloten
worden. Selecteer de gewenste instelling.
1 Druk op M.C. om de instellingenmodus weer
te geven.
2 Draai aan M.C. en selecteer de gewenste in-
stelling.
! REAR/SUB.W – Selecteer deze stand als
op de uitgang voor de achterluidspreker
een luidspreker met volledig bereik aange-
sloten is, en op de RCA-uitgang een sub-
woofer aangesloten is.
! SUB.W/SUB.W – Selecteer deze stand als
op de uitgang voor de achterluidspreker
een subwoofer rechtstreeks aangesloten is
zonder versterker, en op de RCA-uitgang
een subwoofer is aangesloten.
! REAR/REAR – Selecteer deze stand als op
de uitgang voor de achterluidspreker en op
de RCA-uitgang een luidspreker met volle-
dig bereik is aangesloten.
Als op de uitgang voor de achterluidspre-
ker een luidspreker met volledig bereik is
aangesloten en de RCA-uitgang niet ge-
bruikt wordt, kunt u zowel
REAR/SUB.W
als
REAR/REAR selecteren.
Systeemmenu
1
Houd SRC/OFF ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
2
Houd SRC/OFF ingedrukt tot het hoofd-
menu wordt weergegeven.
3
Draai aan M.C., selecteer de menuoptie
SYSTEM en druk erop.
4
Draai aan M.C. en selecteer de systeem-
menufunctie.
Raadpleeg Systeemmenu op bladzijde 95 voor
meer informatie.
De AUX-signaalbron
1
Steek de stereo-miniplugkabel in de
AUX-ingang van dit toestel.
2
Druk op SRC/OFF en kies AUX als signaal-
bron.
Opmerking
De signaalbron AUX kan alleen worden geselec-
teerd als de externe aansluiting is ingeschakeld.
Raadpleeg voor meer informatie
Een ander display kiezen
De gewenste informatie selecteren
1 Druk op DISP om over te schakelen tussen:
! Naam signaalbron
! Naam signaalbron en klok
Als een scherm verkeerd
wordt weergegeven
Zet het ongewenste scherm als volgt uit.
1
Druk op M.C. om het hoofdmenu weer te
geven.
2
Draai aan M.C., selecteer de menuoptie
SYSTEM en druk erop.
3
Draai aan M.C., geef DEMO OFF weer en
druk erop.
4
Draai aan M.C. en selecteer YES.
5
Druk op M.C. om uw keuze te bevesti-
gen.
Verbindingen
Belangrijk
! Als dit toestel wordt geïnstalleerd in een voer-
tuig met een contactschakelaar zonder ACC-
stand (accessoirestand), kan de accu leeglo-
pen als de rode kabel niet wordt aangesloten
op de aansluiting die de bediening van de
contactschakelaar herkent.
ON
S
T
A
R
T
O
FF
ACC-stand
Geen ACC-stand
! Gebruik van dit toestel onder andere omstan-
digheden dan de volgende kan leiden tot
brand of storingen.
— Voertuigen met een accu van 12 volt en nega-
tieve aarding.
— Luidsprekers van 50 W (uitgangswaarde) en
4
W tot 8 W (impedantiewaarde).
! Om kortsluiting, oververhitting en storingen
te voorkomen, moet u onderstaande aanwij-
zingen opvolgen.
— Koppel de negatieve aansluiting van de accu
los voordat u het toestel installeert.
— Gebruik kabelklemmen of plakband om de
bekabeling veilig aan te brengen. Bescherm
de kabels met plakband op plaatsen waar
deze tegen metalen onderdelen liggen.
— Plaats geen kabels in de buurt van beweeg-
bare onderdelen zoals de versnellingspook of
de stoelrails.
— Leg kabels niet op plaatsen die heet kunnen
worden, zoals dicht bij de kachel.
— Sluit de gele kabel niet op de accu aan via
een gat in het motorcompartiment.
— Dek alle ongebruikte kabelaansluitingen af
met isolatietape.
— Maak de kabels niet korter.
— Verwijder nooit de isolatie van de voedingska-
bel van dit toestel om andere apparaten van
stroom te voorzien. De stroomcapaciteit van
de voedingskabel is beperkt.
— Gebruik een zekering met het voorgeschreven
vermogen.
— Verbind de negatieve luidsprekerkabel nooit
rechtstreeks met de aarding.
— Voeg de negatieve kabels van verschillende
luidsprekers nooit samen.
! Als dit apparaat aan staat, wordt het bedie-
ningssignaal doorgegeven via de blauw/witte
kabel. Verbind deze kabel met de afstandsbe-
diening van een externe versterker of met de
bedieningsaansluiting van de automatische
antenne van het voertuig (maximaal 300 mA,
12 V gelijkstroom). Als het voertuig is uitge-
rust met een glasantenne, verbindt u deze
met de voedingsaansluiting van de antenne-
booster.
! Verbind de blauw/witte kabel nooit met de
voedingsaansluiting van een externe verster-
ker of automatische antenne. Anders kan de
accu leeglopen of kan er storing optreden.
! De zwarte kabel is de aarding. Dit toestel
moet gescheiden worden geaard van andere
apparaten (met name apparaten die veel
stroom verbruiken zoals een versterker). An-
ders kan er brand of storing ontstaan wan-
neer de aarding per ongeluk losraakt.
Dit toestel
3
1
2
4 5
1 Antenne-ingang
2 Zekering (10 A)
3 Ingang stroomkabel
Gebruik van het toestel
96
Hoofdstuk
Installatie
Nl
02
03