beautypg.com

Bedieningselementen, Apparaat inschakelen, Aanwijzingen bij het gebruik – Siemens KI41FAD30 User Manual

Page 74: Instellen van de temperatuur, Koelruimte, Verskoelruimte, Apparaat inschakelen instellen van de temperatuur, Nl 74 bedieningselementen

background image

nl

74

Bedieningselementen

Afb. "

Apparaat inschakelen

Afb. "
Het apparaat met de toets Aan/Uit 1

inschakelen.
De temperatuurindicatie 4 toont de

ingestelde temperatuur.
Het apparaat begint te koelen. De

verlichting is ingeschakeld wanneer

de deur open is.
Wij adviseren een temperatuurinstelling

van +4 °C voor de koelruimte.
Bewaar gevoelige levensmiddelen niet

warmer dan +4 °C.

Aanwijzingen bij het gebruik

Na het inschakelen kan het een aantal

uren duren voordat de ingestelde

temperatuur is bereikt.
Vóór die tijd geen levensmiddelen in

het apparaat leggen.

De voorzijde van het apparaat achter

de deur wordt gedeeltelijk licht

verwarmd waardoor de vorming van

condenswater in de buurt van de

deurafdichting wordt voorkomen.

Instellen van

de temperatuur

Afb. "

Koelruimte

De temperatuur is instelbaar van

+3 °C tot +8 °C.
Temperatuur-insteltoets 3 net zo vaak

indrukken tot de gewenste temperatuur

in de koelruimte is ingesteld.
De laatst ingestelde waarde wordt in het

geheugen opgeslagen. De ingestelde

temperatuur wordt aangegeven op de

temperatuurindicatie 4.

Verskoelruimte

De temperatuur in de verskoelruimte is in

de fabriek op ca. 0 °C ingesteld. Deze

instelling liefst niet veranderen.
Als zich op de koelwaren rijp of ijs

vormen, dan kan de temperatuur warmer

worden ingesteld. (Zie hoofdstuk „Kleine

storingen zelf verhelpen”.)

1

Toets Aan/Uit
Om het apparaat in en uit

te schakelen.

2

Toets „super”
Dient voor het inschakelen van de

functie superkoelen (zie het

hoofdstuk Superkoelen).

3

Temperatuurinsteltoets
Met deze toets wordt de

temperatuur ingesteld.

4

Temperature display
De cijfers komen overeen met

de ingestelde temperaturen

in de koelruimte in °C.

5

Alarmtoets

Om het alarmsignaal uit te

schakelen (zie hoofdstuk „Alarm

function”).