beautypg.com

Festool C 12 User Manual

Page 38

background image

38

3.2 Hoekvoorzetstuk

DD-AS

Door het hoekvoorzetstuk is het mogelijk

loodrecht op de lengteas van de machine te

werken (boren, schroeven).

a) Hoekvoorzetstuk

monteren/de-

monteren

Montage

- Zet het hoekvoorzetstuk op de boorspindel

en draai hem zó ver tot hij in de gewenste

stand klikt (aanwijzing: Het hoekvoorzet-

stuk kan in 16 verschillende hoekstanden

worden geklikt).

- Vergrendel het hoekvoorzetstuk door de

bevestigingsring (2.7) vast te draaien met

de wijzers van de klok mee .

Demontage

- Draai de bevestigingsring tegen de wijzers

van de klok in tot aan de aanslag en neem

het hoekvoorzetstuk eraf.

b)

Boorkop op hoekvoorzetstuk

monteren/demonteren

De boorkop wordt op dezelfde manier op de

as (2.6) van het hoekvoorzetstuk bevestigd

als op de boorspindel van de machine.

3.3 Excentervoorzetstuk

DD-ES

Het excentervoorzetstuk dient voor de opne-

ming van bits. Hierdoor kan er dichtbij de

rand worden geschroefd.

a) Excentervoorzetstuk

monteren/

demonteren

De montage/demontage van het excenter-

voorzetstuk gebeurt op dezelfde manier als

die van het hoekvoorzetstuk (zie hoofdstuk

3.2).

b) Gereedschap

wisselen

- Trek de ontgrendelingsring (2.8) naar ach-

teren en haal het gereedschap eruit resp.

plaats het gereedschap erin.

3.4 Gereedschapshouder

CENTROTEC

WH-CE

De gereedschapshouder CENTROTEC maakt

het dankzij de CENTROTEC-schacht mogelijk

snel van gereedschap te wisselen.

Span CENTROTEC gereedschap niet

op het ronde schachtdeel in een

standaardboorhouder, anders wordt

de schacht beschadigd.

Gevaar voor letsel! Hanteer het ge-

reedschap bij het wisselen heel voor-

zichtig, met het oog op de scherpe

snijkanten ervan, en draag zonodig

veiligheidshandschoenen.

a) CENTROTEC

monteren/demon-

teren

Montage

- Trek de ontgrendelring (2.11) naar vo-

ren, plaats de gereedschapshouder tot de

aanslag op de boorspil (2.5) en laat de

ontgrendelring los.

Demontage

- Trek de ontgrendelring naar voren en ver-

wijder de gereedschapshouder.

b)

Wisselen van gereedschap

- Trek bij het plaatsen resp. het verwijderen

van gereedschap met de CENTROTEC-

schacht de groene ontgrendelring (2.10)

terug. Draai het gereedschap bij het plaat-

sen om totdat de zeskantschacht (2.9)

ervan in de zeskantopname van de boorspil

inklikt en schuif het gereedschap tot de

aanslag in de gereedschapshouder.

3.5

Gereedschapopneming in de

boorspindel

Om de machine lichter en korter te maken

kunnen bits direct in de inbusopneming aan

de binnenkant van de boorspindel (2.5)

worden geplaatst.

4 Accupack

opladen.

Voor het laden dient het accupack tot aan

de aanslag in de opberghouder (3.1) van

het oplaadapparaat te worden geschoven.

Het op-geladen accupack kan in tegeno-

vergestelde richting uit het oplaadapparaat

worden genomen. Het accutype dat wordt

gebruikt (NiCd of NiMH) wordt automatisch

herkend. Het oplaadproces wordt via een

microprocessor geregeld. Als een warm

NiMH-akkupack (>37 °C) wordt gebruikt,dan

wordt slechts met gereduceerde laadstroom

geladen. In dit geval wordt de oplaadtijd

langer.

De LED (3.2) geeft de betreffende ge-

bruik-stoestand van het snellaadappa-

raat aan.