Festool LEX 3 77-2-5 User Manual
Page 41

LEX 3
41
NL
geving en niet geïsoleerd tegen contact met elek-
trische stroombronnen.
– Ga in een onbekende omgeving voorzichtig te
werk. Er kan sprake zijn van verborgen gevaar
door stroom- of andere voedingsleidingen. Ver-
zeker u ervan dat er geen elektrische, gaspijp- of
andere leidingen aanwezig zijn die in geval van
beschadiging door het gebruik van de machine
tot een gevaarlijke situatie kunnen leiden.
Gevaar door stof en dampen
– Wanneer er bij het schuren stoffen vrijkomen die
schadelijk zijn voor de gezondheid, moet de ma-
chine op een geschikte afzuigvoorziening worden
aangesloten en moeten bovendien de veilig-
heidsvoorschriften voor de desbetreffende stof in
acht worden genomen.
– Er moet een risicoanalyse worden uitgevoerd
met betrekking tot dit gevaar en passende rege-
lingsmechanismes dienen te worden geïmple-
menteerd. Stoffen die ontstaan, moeten hierbij
worden betrokken.
– Sluit de stofafzuiginrichting aan. Overtuig u ervan
dat alle aanwezige stofafzuigvoorzieningen zijn
aangesloten en correct worden gebruikt. Neem
de regionale veiligheidsinstructies voor gezond-
heidsbedreigende stoffen en dampen in acht. Be-
dien het persluchtgereedschap en voer het
onderhoud eraan uit volgens de aanbevelingen in
deze handleiding en gebruik de door Festool aan-
geboden accessoires en aanbouwdelen om het
vrijkomen van stof en damp tot een minimum te
beperken.Voer de afzuiglucht zo af, dat in een
stoffige omgeving zo min mogelijk stof opstuift.
– Stoffen of dampen die mogelijk vrijkomen dienen
ter plekke te worden gecontroleerd.
– Alle onderdelen moeten correct zijn gemonteerd
en aan alle voorwaarden voldoen, om er zeker
van te zijn, dat het persluchtgereedschap vlekke-
loos werkt.
– Accessoires en verbruiksmateriaal uitkiezen, on-
derhouden en vervangen volgens deze handlei-
ding.
– Draag een zuurstofmasker! Aanwijzingen van de
werkgever of de arbeids- en gezondheidsvoor-
schriften in acht nemen.
Gevaar door lawaai
– Een hoog lawaainiveau kan bij onvoldoende ge-
hoorbescherming tot blijvende gehoorschade,
gehoorverlies of anderer problemen leiden.
– Er moet een risicoanalyse worden uitgevoerd
met betrekking tot dit gevaar en er dienen pas-
sende regelingsmechanismes te worden geïm-
plementeerd, zoals bijv. de toepassing van
isolatiemateriaal.
– Draag gehoorbescherming!Aanwijzingen van de
werkgever of de arbeids- en gezondheidsvoor-
schriften in acht nemen.
– Persluchtgereedschap volgens deze handleiding
bedienen en onderhouden.
– Accessoires en verbruiksmateriaal uitkiezen, on-
derhouden en vervangen volgens deze handlei-
ding.
– Werking van de geluidsdemper van het pers-
luchtgereedschap controleren.
Gevaar door trillingen
– Trillingen kunnen zenuwschade en storingen aan
de bloedcirculatie in handen en armen veroorza-
ken.
– Bij het werken in een koude omgeving warme
kleding dragen en de handen warm en droog
houden.
– Bij een gevoel van doofheid, kriebels of pijn in
vingers of handen, of witte verkleuring van de
vingers of handen, het werk staken, de werkge-
ver informeren en een arts raadplegen.
– Persluchtgereedschap bedienen en onderhou-
den volgens deze handleiding.
– Persluchtgereedschap niet te stevig vasthouden
maar met een besliste greep, waarbij de vereiste
hand-reactiekrachten in acht worden genomen.
Het trillingsrisico wordt groter naarmate de
kracht van de greep toeneemt.
Extra veiligheidsvoorschriften voor pneumatische
machines
– Perslucht kan tot ernstig letsel leiden.
– Koppel de persluchtslang los van de pers-
luchttoevoer. Wanneer het persluchtge-
reedschap niet wordt gebruikt, vóór het
onderhoud en bij het wisselen van het in-
zetgereedschap.
– Richt de luchtstroom nooit op uzelf of an-
dere personen.
– Rondslaande slangen kunnen tot ernstig letsel
leiden.Controleer of de slangen en het bevesti-
gingsmateriaal beschadigd of losgeraakt zijn.
– De werkdruk mag niet hoger zijn dan 6,2 bar.
– Draag het persluchtgereedschap in geen geval
aan de persluchtslang.
Overige veiligheidsvoorschriften
– Houd uw werkgebied in orde. Een gebrek aan
orde op uw werkplek kan leiden tot ongelukken.
– Houd rekening met omgevingsinvloeden. Stel