beautypg.com

Mallen – Dremel Приставка для фрезерования User Manual

Page 27

background image

27

Zet het gereedschap in de hier getoonde richting aan. Bij frezen rond
de hoek van een vierkant werkstuk beweegt u het gereedschap tegen
de klok in. Bij het hier getoonde frezen van het binnenvlak beweegt u
het met de klok mee (afb. 10).
OPMERKiNG: Voedingsrichting is uitermate belangrijk, wanneer een
geleidingsaccessoire uit de hand op de hoek van een werkstuk wordt
gebruikt.

Zie figuur 10:

Voedingsrichting van bovenfrees

A

Eerst kopvlak frezen

B

Accessoirerotatie

C

HOEKGELEIDER MONTEREN

Voor gebruik van de hoekgeleider de geleidingsstangen in de
gereedschaphouder monteren en vastzetten met behulp van
(2) #10-24 vierkant-moeren en (2) geleidingsstangknoppen (afb. 11).
Vierkantmoer glijdt in sleuven boven de geleidingsstangen.
Geleidingsstangknoppen worden van bovenaf door gaten omlaag
door moeren en tegen de stangen bevestigd. Hoekgeleider aan
geleidingsstangen bevestigen met behulp van hoekgeleiderknoppen en
zeskantmoeren.
Plaats zeskantmoeren onder hoekgeleider en bevestig deze met
hoekgeleiderknop bovenop hoekgeleider. Hoekgeleider zoals getoond
over geleidingsstangen schuiven. Stel hoekgeleider op gewenste
afstand van frees in en draai hoekgeleiderknoppen vast. (Zie afb. 11)
Hoekgeleider wordt gebruikt voor het vormen van randen, frezen van
sponningen, plinten, pengaten, tongen, groeven, sleuven en facetten.
Denk eraan dat de voedingsrichting zodanig moet zijn, dat de frees
geneigd is de hoekgeleider tegen het hout te trekken. Een constante
voedingssnelheid zorgt voor een gladde snede.
Over het algemeen moeten enkele ondiepe sneden gebruikt worden
voor het vervaardigen van een diepe groef. Maximale diepte van snede
is afhankelijk van het gebruikte materiaal. Niet overmatig aanzetten
zodat de motor aanmerkelijk langzamer gaat lopen.

Zie figuur 11:

Diepte-instelschroef

A

Geleidingsstangknop

B

Vierkantmoeren

C

Geleidingsstangen

D

Hoekgeleider

E

Afwerkspijker

F

Cirkelgeleider

G

Zeskantmoeren

H

Hoekgeleiderknop

I

HOEKGELEIDER

Montage

Monteer de hoekgeleider aan de montageblokken van de

1.

profielfrees (afb. 12).

Zie figuur 12:

Montageblokken

A

Hoekgeleider

B

Plaats parallelgeleider tegen werkstukoppervlak met frees in

2.

gewenste positie.
Draai duimschroeven vast.

3.

Frezen met hoekgeleider
Schuif de afgeplatte kant van de hoekgeleider langs het
werkstukoppervlak.

CIRKELGELEIDER

Bogen en cirkels frezen

Verwijder de hoekgeleider en bevestig de cirkelgeleiderbeugel op

1.

de geleidingsstangen (afb. 13).

Zie figuur 13:

Afwerkspijker

A

Hoekgeleider

B

Gebruik de bijgevoegde afwerkspijker als middelpunt. Stel de

2.

cirkelgeleider in op de gewenste radius.
Plaats de spijker door het gat in de geleider en plaats de spijker

3.

in het midden van de gewenste radius die gefreesd moet worden.

MALLEN

Door het gebruik van malpatronen kunt u ontwerpen of letters keer
op keer gelijkvormig dupliceren. Deze techniek vereist het gebruik van
een geleidebus.

GELEIDEBUSSEN

De in afbeelding 14 getoonde geleidebus is in wezen een plaatje met
een kraag die zoals getoond in het gat in de basisplaat geplaatst
wordt, en bevestigd wordt door een loopbusstop bovenop de
geleidebus te schroeven. De geleidebus loopt langs de rand van de
mal, terwijl de frees, die aan de onderkant uitsteekt, in het werkstuk
snijdt.

Zie figuur 14:

loopbus-stop

A

geleiding loopbus

B

basisplaat

C

LET OP: Zorg ervoor dat de dikte van de mal hetzelfde of groter is dan
de lengte van de bus die onder uit de basisplaat steekt.
Gebruik geen frees die de binnenkant van de kraag zou kunnen raken.
Kies een frees met een diameter die ten minste 2 mm kleiner is.
Speciale mallen kunnen bovendien gemakkelijk vervaardigd worden
voor het frezen van zich herhalende patronen, speciale ontwerpen,
inlegwerk en andere toepassingen. Een malpatroon kan gemaakt
worden van multiplex, hardboard, metaal of zelfs kunststof, en het
ontwerp kan uitgesneden worden met een bovenfrees, decoupeerzaag
of een ander geschikt snijgereedschap.
Denk eraan, dat het patroon gemaakt moet worden met inachtneming
van de afstand tussen de frees en de geleidebus (de "offset"),
aangezien het definitieve werkstuk met die afstand in afmeting zal
verschillen van het malpatroon, vanwege de freespositie (afb. 15).

Zie figuur 15:

frees

A

spanmoer

B

geleidebus

C

basisplaat

D

malpatroon

E

werkstuk

F

offset

G

FREZEN UIT DE VRIJE HAND

Veel effecten worden verkregen door de frees uit de vrije hand te
gebruiken met een bit met een kleinere diameter. Gewoonlijk tekent de
vakman de door hem gewenste omtrek of letter af op het werkstuk en
gebruikt de potloodlijn als geleiding.