Port forwarding – Velleman CAMIP11 User manual User Manual
Page 11
CAMIP11
V. 02 – 13/06/2013
11
©Velleman nv
7. Druk op “Apply” om uw instellingen te bevestigen.
8. Wacht totdat “Status” [B] “Done” of “Fail” weergeeft.
o Als de status “Done” weergeeft, verschijnt de pagina van het toestel opnieuw. Ga verder met de
volgende stap.
o Geeft de status “Fail” weer, druk op de
knop rechtsboven op uw toestel. In het pop-
upvenster selecteert u “DDNS”. De pagina van het toestel verschijnt opnieuw. Ga verder met de
volgende stap.
9. Geef in “Title” [C] een herkenbare naam in voor de aansluiting van uw camera en druk op “Save”
om te bevestigen.
A
B
C
Port forwarding
Momenteel heeft u enkel toegang tot de camera indien deze verbonden is met uw eigen draadloos
netwerk, niet via het internet. Dit komt omdat een standaard thuisnetwerk meestal verbonden is met het
internet via een router. Enkel het externe IP-adres van de router (toegewezen door uw internetprovider)
is zichtbaar op het internet. Bovendien blokkeert de router ook alle toegang tot de toestellen in uw
thuisnetwerk, ook uw camera. Om dit te omzeilen, gebruiken de meeste routers een port forwarding-
mechanisme waardoor er internettoegang is naar een toestel in het thuisnetwerk.
Om de functie port forwarding in te stellen, gaat u als volgt te werk:
1. Open de webbrowser op uw draagbaar toestel en tik het IP-adres van uw router dat u hebt
genoteerd in de adresbalk.
De configuratiepagina van uw router verschijnt.
2. Ga naar de configuratiepagina met de instellingen van de functie port forwarding (of virtuele
server).
Opmerking: Het definiëren van de port forwarding of virtuele server kan variëren afhankelijk van
het type router. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw router voor meer informatie.
Het voorbeeld hieronder toont het scherm voor een D-Link router: selecteer “Advanced” en
vervolgens “Port Forwarding”.
3. Geef het IP-adres van de camera en het poortnummer in die u noteerde en activeer deze instelling.
U kunt nu de camera bereiken via internet.