Technische specificaties, Beschrijving – Velleman PS3003 User Manual
Page 5

PS3003
HQPOWER
5
De uitgangsspanning kan willekeurig worden ingesteld tussen 0V en 30V wanneer het toestel zich in de "constante
spanning"-mode of C.V. mode bevindt. In deze mode kunt u het stroombegrenzingspunt willekeurig instellen (max. ±
3.5A).
De uitgangsstroom kan willekeurig worden ingesteld op 0 tot 3A in de "constante stroom"-mode of C.C. mode.
De uitgangsstroom en de uitgangsspanning worden aangegeven d.m.v. LCD displays.
2. Technische specificaties
Ingangsspanning
: 220V/50Hz ± 2Hz
Uitgangsspanning :
30VDC
Uitgangsstroom :
3A
Regeling van de bron
: C.V.
≤ 1 x 10
-4
+ 0.5mV
C.C.
≤ 2 x 10
-3
+ 6mA
Regeling van de belasting
: C.V.
≤ 1 x 10
-4
+ 2mV (uitgangsstroom
≤ 3A)
C.V.
≤ 1 x 10
-4
+ 5mV (uitgangsstroom > 3A)
C.C. < 2 x 10
-3
+ 6mA
Rimpelspanning :
C.V.
≤ 1mV(rms) (uitgangsstroom ≤ 3A)
C.V.
≤ 20mVp-p (uitgangsstroom > 3A)
C.C.
≤ 3mA(rms)
C.C.
≤ 50mAp-p
Bescherming :
stroombegrenzing
en bescherming tegen kortsluiting
Nauwkeurigheid van de uitlezing
a. Volt-aanduiding
: LED ± 1% ± 2 digits
b. Amp-aanduiding
: LED ± 2% ± 2 digits
Werktemperatuur
: 0 tot 40°C, relatieve vochtigheid
≤ 90%
Afmetingen
: 290mm x 135mm x 160mm
Autonomie
: 8u doorlopend gebruik bij max. belasting
3. Beschrijving
3.1. Regelingen en beschrijving van het frontpaneel
(1) Amp-display (LCD): geeft de uitgangsstroom aan.
(2) Volt-display (LCD): geeft de uitgangsspanning aan.
(3) C.C. fijnregeling: draaiknop om het stroombegrenzingspunt precies in te stellen.
(4) C.C. regeling: draaiknop om het stroombegrenzingspunt bij benadering in te stellen.
(5) C.V. regeling: draaiknop om de uitgangsspanning bij benadering in te stellen.
(6) C.V. fijnregeling: draaiknop om de uitgangsspanning precies in te stellen.
(7) C.C. indicator: deze LED gaat branden wanneer het toestel zich in de "constante stroom"-mode bevindt.
(8) C.V. indicator: deze LED gaat branden wanneer het toestel zich in de "constante spannings"-mode bevindt.
(9) Voedingsschakelaar: drukknop die wordt gebruikt om het toestel in en uit te schakelen. Het toestel is ON
wanneer de C.C. LED (7) of de C.V. LED (8) brandt.
(10) Positieve (+) aansluitklem van de uitgang: hierop sluit u de positieve aansluitklem (+) van de belasting aan.
(11) Aardingsaansluiting
van
de behuizing: de behuizing is geaard.
(12) Negatieve
(-)
aansluitklem van de uitgang: hierop sluit u de negatieve (-) aansluitklem van de belasting aan.