beautypg.com

Nederlands – AEG BMG 5611 User Manual

Page 26

background image

Nederlands

26

5) Noodzaak om de bloedomloop van de gebruiker te controleren.

8.

Deze elektronische bloeddrukmeter is ontworpen voor volwassenen, en mag nooit

worden gebruikt voor zuigelingen en jonge kinderen. Raadpleeg uw arts of andere
zorgverleners voor gebruik op oudere kinderen.

9. Gebruik dit apparaat niet in een bewegend voertuig, dit kan tot foutieve meting

leiden.

10. Bloeddrukmetingen bepaald door deze meter zijn gelijkwaardig aan de metingen

die door een getrainde waarnemer zijn verkregen met behulp van de manchet/ste-
thoscoop auscultatiemethode, binnen de grenzen voorgeschreven door de American
National Standard Institute, elektronische of geautomatiseerde bloeddrukmeters.

11. Als een onregelmatige hartslag (IHB) van gewone aritmieën in de procedure van de

bloeddrukmeting wordt ontdekt, wordt dit “

”-teken weergegeven. Onder deze

voorwaarde, kunnen de elektronische sfygmomanometers blijven werken, maar de
resultaten kunnen niet nauwkeurig zijn, het wordt voorgesteld dat u uw arts voor een
accurate beoordeling consulteert.

Er zijn 2 condities waaronder het signaal van IHB wordt getoond:

1) De coëfficiënt van variatie (CV) van de pulsen is >25 %.
2) De afwijking van de volgende pulsperiode is ≥0,14 s, en het aantal van dergelijke

pulsen bedraagt meer dan 53% van het totale aantal gemeten pulsen.

12. Gebruik geen andere manchet dan de door fabrikant geleverde, anders kan het bio-

compatibel gevaar meebrengen en kan in een meetfout resulteren.

13. De meter kan mogelijk niet aan de prestatiespecificaties voldoen of veroorzaakt

een gevaar voor de veiligheid als het buiten het temperatuur- en luchtvochtigheidbe-
reik opgegeven in de specificaties, wordt opgeslagen of gebruikt.

14. Deel de manchet niet met andere besmettelijke personen om kruisinfectie te

voorkomen.

15. Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de limieten voor

een Klasse B digitaal apparaat, in overeenstemming met Deel 15 van de FCC-regels.
Deze beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming tegen schadelijke
storing in een huisinstallatie te bieden. Deze apparatuur genereert, gebruikt en kan
radiofrequentie-energie uitstralen en indien niet volgens de instructies geïnstalleerd
en gebruikt, kan schadelijke storing voor de radiocommunicatie ontstaan. Dit is echter
geen garantie dat in een bepaalde installatie geen storing zal optreden. Indien deze
apparatuur schadelijke storing in radio- of televisieontvangst veroorzaakt, die kan
worden vastgesteld door de apparatuur in en uit te schakelen, wordt de gebruiker ge-
vraagd om de storing te proberen te verhelpen middels één of meer van de volgende
maatregelen: