Silverline Air Filter Regulator & Lubricator - Manual (Page 27)

26
NL
Vóór het Gebruik
Pak voorzichtig het gereedschap uit en inspecteer het. Maak uzelf volledig
vertrouwd met alle kenmerken en functies ervan.
Controleer of alle onderdelen van het gereedschap aanwezig zijn en in
goede staat zijn. Als er onderdelen ontbreken of beschadigd zijn, moet u
deze laten vervangen voor u het gereedschap probeert te gebruiken.
INSTALLATIE
• Plaats uw filterregulator & smeerinrichting zo dat de filterregulator
zich zo dicht mogelijk bij de luchttoevoer bevindt, en dat de lucht in
de richting van de pijlen (5) op de bovenkant van de eenheid stroomt.
DE
LUCHTSTROOM GAAT VAN DE COMPRESSOR NAAR HET
GEREEDSCHAP.
• Verzeker u ervan dat de eenheid niet wordt blootgesteld aan vorst/hoge
temperaturen, gevaarlijke chemische middelen of nevels
• Monteer de eenheid op veilige wijze verticaal op een stevig
oppervlak, met de aftapklep (8) aan de onderkant. Gebruik de
muurbeugelbevestigingsposities (2) en de geschikte bevestigingen (niet
bijgeleverd)
• Bevestig de luchtdrukmeter (10) in de schroefopening op het lichaam
van de eenheid boven de luchtfilterhouder (9). Draai deze met de wijzers
van de klok mee. OPMERKING: let op dat de schroefdraden niet worden
gekruist. Draai langzaam in het begin en draai de meter niet te ver aan.
Gebruik indien nodig PTFE-tape voor de afdichting.
• Optie: u kunt een flexibele lang met een gepaste lengte op de aftapklep
(8) schuiven om water af te tappen in een gootsteen of een tank
AANSLUITEN OP LUCHTLEIDING
OPMERKING: zorg ervoor dat er voor onderhoudsdoeleinden een geschikte
afsluitklep is bevestigd tussen de compressor en de filterregulator en
smeerinrichting.
• Verzeker u ervan dat het luchtsysteem volledig is leeggemaakt en de
compressor is uitgeschakeld.
• Verzeker u ervan dat uw luchttoevoer de maximale druk voor dit product
niet overschrijdt.
• Sluit de luchttoevoer aan van de compressor naar de LUCHT IN-poort (11)
met een ¼" mannelijke koppeling. Gebruik PTFE-tape om een luchtdichte
afdichting te verzekeren.
• Sluit de luchtafvoer aan op de UIT-poort met een ¼" mannelijke
koppeling. Gebruik PTFE-tape om een luchtdichte afdichting te
verzekeren. Sluit de leiding af met een snelkoppeling of een vergelijkbaar
stuk.
• Verzeker u ervan dat de bevestigingskragen van de luchtfilterhouder (9)
en de oliehouder (7) stevig zijn vastgeschroefd
• Schakel de compressor in en controleer op lekken. Repareer lekken voor
u verderwerkt.
DE OLIEHOUDER VULLEN
• Gebruik een 6 mm zeskantsleutel om de afsluiting van de olievulopening
(6) te verwijderen. Deze is aangeduid met de letters OIL.
• Vul de houder voorzichtig met geschikte olie voor luchtleidingen,
tot de houder voor max. 80% is gevuld. Raadpleeg de leverancier
van uw luchtgereedschap in verband met de aanbevolen olie voor
uw gereedschap. GEBRUIK ONDER GEEN ENKELE OMSTANDIGHEID
NORMALE MOTOROLIE.
• Bevestig de afsluiting terug op de olievulopening met de zeskantsleutel.
bEDIENING
• Schakel de luchtcompressor in:
DE LUCHTDRUK INSTELLEN
• Stel de luchtdruk af om te voldoen aan de vereisten van het
luchtgereedschap dat u gebruikt (raadpleeg de gereedschapspecificatie
van de fabrikant).
• Draai de knop tegen de wijzers van de klok in om de luchtdruk te
verlagen.
• Draai de knop met de wijzers van de klok mee om de luchtdruk te
verhogen.
• Duw wanneer de vereiste druk wordt weergegeven op de drukmeter (10)
de regelknop (1) van de regulator in om deze terug in de vergrendelde
stand te zetten
DE OLIEDRUPPELING AFSTELLEN
• Stel de oliedruppeling af om te voldoen aan de vereisten van het
luchtgereedschap dat u gebruikt (raadpleeg de gereedschapspecificatie
van de fabrikant).
• Draai de olieregelklep (3) met behulp van een schroevendraaier tegen de
wijzers van de klok in om de hoeveelheid olie te verhogen, en draai de
klep met de wijzers van de klok mee om de hoeveelheid olie te verlagen.
• Houd ermee rekening als u de luchtdruk wijzigt na de instelling van de
oliedruppeling, dat er meer olie zal doordruppelen als de luchtstroom
wordt vergroot, en dat er minder olie zal doordruppelen als de
luchtstroom wordt verkleind
Onderhoud
WAARSCHUWING: Verzeker u ervan dat de druk is afgelaten van het
luchtsysteem en de compressor is uitgeschakeld voor er onderhoudswerken
worden uitgevoerd.
In de luchtfilterhouder (9) wordt er vocht en vuil verzameld. Dit moet
regelmatig worden afgevoerd:
• Trek de aftapklep (8) naar beneden tot alle vloeistof is ontsnapt.
•
OPMERKING: zorg ervoor dat de vloeistof in de luchtfilterhouder nooit het
maximale aftappeil overschrijdt dat is aangegeven op de buitenkant van
de houder.
Verwijder en reinig regelmatig de luchtfilterhouder:
• Schroef voorzichtig de borgring van de luchtfilterhouder los
• Was de houder in warm water met een zacht reinigingsmiddel. Gebruik
geen chemische middelen of oplosmiddelen. De houder moet voor de
hermontage grondig worden afgespoeld en gedroogd met een schone en
droge pluisvrije doek.
• Veeg de eenheid aan de buitenkant schoon met een zachte, vochtige
doek.
Vóór elk gebruik:
• Controleer het oliepeil in de oliehouder (7) en vul indien nodig bij tot max.
80% (zie 'De oliehouder vullen' hierboven)
• Laat het oliepeil niet zakken onder de 20%
• Inspecteer de eenheid en de luchtslangen op slijtage of schade, en
vervang ze indien nodig. Gebruik geen beschadigde of lekke slangen.
Montage-instructies
Maak de montagebeugel (2) en de borgring vast, zoals •
afgebeeld op figuur 1. Draai de borgring naar rechts om de
schroefdraden vast te zetten.
Steek de drukmeter (4) in het draadgat van de regelaar, zoals
•
afgebeeld op figuur 1. Draai hem naar rechts. OPMERKING:
Zorg ervoor dat de schroefdraden niet worden gekruist. Aan
het begin voorzichtig draaien.
Figuur 2
TO YOUR
AIR TOOL
LEADER HOSE
NIPPLE
QUICK COUPLER
WATER SEPARATION
OILER
NIPPLE
REGULATOR
DRAIN DAILY
AIR SUPPLY
RECOIL HOSE