Technische specificaties, Veiligheid, Apparaat-onderdelen 3 – Skil 0520 AA User Manual
Page 12: Gebruik

TECHNISCHE SPECIFICATIES
Meetbereik
0,5 tot 15 m
Uitgangshoek van
ultrasonisch signaal
+/- 5°
Lasertype 650
nm
Laserklasse
2
Maximaal uitgaand vermogen
≤
1 mW
Energievoorziening
1x 6LR61/9V batterij
Optimale gebruikstemperatuur
0 tot 40°C
Gewicht
0,2 kg
Nauwkeurigheid
maximale afwijking van
+/- 0,5% / +/- 1 cijfer
VEILIGHEID
●
Kijk niet in de laserstraal (stralingsgevaar)
2
●
Richt de laserstraal niet op personen of dieren
●
Plaats het apparaat niet zodanig, dat iemand bedoeld of
onbedoeld in de laserstraal zou kunnen kijken
●
Gebruik geen enkel optisch vergrootmiddel (zoals
vergrootglas, telescoop, of verrekijker) om in de
laserstraal te kijken
●
De waarschuwingssticker op het apparaat niet
verwijderen of beschadigen
●
Het apparaat niet gebruiken in de buurt van ontvlambare
vloeistoffen, gassen of stof
●
Het apparaat niet gebruiken wanneer er kinderen in de
buurt zijn
●
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door mensen, die
jonger zijn dan 16 jaar
●
Gebruik het apparaat niet voor andere doeleinden dan
vermeld in de gebruiksaanwijzing
APPARAAT-ONDERDELEN
3
A Opening voor ultrasonisch signaal
B Opening voor laserstraal
C LCD display
D "Power" (aan/uit) knop
E Meter/voet omzettingsknop
F Enkelvoudige meet-modus
G Berekeningsmodus van oppervlakte/inhoud
H Meervoudige meet-modus
J "Clear" (verwijder) knop
K "Read" (meet) knop
L "Recall" (terughaal) knop
M Libellen
N Waarschuwingssticker
P Deksel van batterijvak
GEBRUIK
●
Aan/uit
- zet apparaat aan door op "Power" te drukken
- op display verschijnt omgevingstemperatuur in °C
- zet apparaat uit door weer op "Power" te drukken
- het apparaat gaat automatisch uit als er 30 seconden
lang geen knoppen worden geactiveerd
●
Plaatsen van batterij
4
! zorg dat het apparaat uitgezet is
- verwijder deksel P
- plaats 9V batterij (let op de juiste polen)
- zet deksel P terug
- bij laag energieniveau van de batterij, verschijnt
symbool
5
op de display
! vervang de batterij tijdig, anders kunnen zich
foutieve metingen voordoen
- haal de batterij altijd uit het apparaat, wanneer het
apparaat langdurig niet gebruikt wordt
●
Meter/voet omzetting
- de metingen zijn standaard in meters/centimeters
- druk op knop E
3
om meters/centimeters om te
zetten in voet/duim
- de ingestelde afmeting zal niet veranderen zo lang de
batterij niet uit het apparaat gehaald wordt
●
Werken met het apparaat
6
- druk op "Power"
- kies een meet-modus (knop F, G, of H)
- plaats achterkant van apparaat op beginpunt van
meting
! richt apparaat op te meten oppervlak onder een
rechte hoek (gebruik libellen M
3
)
- een laser "doelwit"
7
wordt op het te meten
oppervlak geprojecteerd om aan te geven waar het
ultrasonische signaal wordt gereflecteerd door het
gemeten object
! kijk niet in de laserstraal
! richt de straal niet op personen of dieren
- druk op "Read"; de gemeten afstand verschijnt boven
in de display
! houd er rekening mee, dat het apparaat vanaf de
achterkant meet (het meetresultaat is inclusief de
lengte van het apparaat)
●
Instructies voor juiste metingen
6
! beweeg het apparaat niet tijdens het meten
! meet niet buiten het meetbereik (0,5 - 15 m)
! zorg ervoor, dat zich binnen de geluidsconus
geen obstakels bevinden
- grote, harde en vlakke oppervlakken geven de meest
nauwkeurige resultaten
- plaats een stuk karton vóór het te meten oppervlak bij
het meten van kleine, zachte of onregelmatige
oppervlakken (zoals tapijten, gordijnen, grof
behangpapier, enz.)
- gebruik een te meten oppervlak van tenminste 3 x 3
m, bij het meten van lange afstanden (12 – 15 m)
- zorg ervoor, dat zich geen andere ultrasonische
bronnen in de buurt bevinden
- zorg voor een juist resultaat bij het meten via deur- en
raamopeningen, door vanuit twee of drie
verschillende posities te meten en de resultaten met
elkaar te vergelijken
- de ultrasonische golven gaan niet door glas/ruiten
- laat bij sterke temperatuurswisselingen het apparaat
een half uur lang wennen aan de
omgevingstemperatuur, alvorens met nieuwe
metingen te beginnen
- schommelingen in luchtdruk en vochtigheid,
windgeruis en andere geluidsbronnen kunnen tot
foutieve metingen leiden
12
SKIL_IB0520v2 07-01-2009 14:34 Pagina 12