Dimplex smartrad ventilatorconvector, Belangrijke veiligheidsvoorschriften – Dimplex SRX 180M User Manual
Page 14
- 10 -
Dimplex SmartRad ventilatorconvector
Modellen: SRX 080M, SRX 120M, SRX 140M & SRX 180M
GELIEVE DEZE HANDLEIDING ZORGVULDIG TE BEWAREN.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
De luchtinlaat- en uitlaatroosters mogen niet afgedekt of
afgesloten worden.
Het toestel moet voor het uitvoeren van onderhouds-
werkzaamheden spanningvrij geschakeld worden.
HET TOESTEL MOET GEAARD WORDEN.
Het verwarmingstoestel mag niet onmiddellijk onder een vast
geïnstalleerd stopcontact aangebracht worden. Brandbare
stoffen of vloeistoffen en andere licht ontvlambare
voorwerpen uit de buurt van het verwarmingstoestel houden.
Vereiste minimumafstanden (in mm), zie afb. 4.
Het toestel moet zo geïnstalleerd worden dat de
bedieningselementen niet door een persoon, die zich in het
bad of onder de douche bevindt, aangeraakt kan worden.
Het verwarmingstoestel mag niet in zwaar door stof belaste
ruimtes gebruikt worden.
Dit toestel is niet voor kinderen of personen zonder hulp of
toezicht van een derde persoon geschikt als het veilige gebruik
van het toestel door de lichamelijke of geestelijke gesteldheid
of wegens verminderde waarneming niet mogelijk is.
Kinderen moeten in het oog gehouden te worden om ervoor
te zorgen dat ze niet met het toestel spelen.
Aan het verwarmingstoestel is een waarschuwings-
symbool aangebracht. Dit symbool wijst erop dat
het toestel niet afgedekt mag worden.
De gebruiksaanwijzing behoort bij het toestel en moet goed
bewaard worden. Bij verandering van eigenaar moet de
gebruiksaanwijzing aan de nieuwe gebruiker doorgegeven
worden.
BELANGRIJK – Het netsnoer van het toestel moet bij schade
door de fabrikant, een klantendienstfiliaal of een vergelijkbaar
gekwalificeerde persoon vervangen worden.
Er moet altijd op een deskundige behandeling gelet worden.
Beschrijving toestel
Bij het model SmartRad gaat het om een ventilatorconvector
voor de opwarming van woonruimtes. De ventilatorconvector is
bestemd voor de aansluiting op een centrale verwarmings-
installatie. De ventilatorconvector is voor het gebruik in
warmtepompinstallaties geschikt, maar kan ook in combinatie
met andere verwarmingsinstallaties, bijv. met olie- of
gasverbranding gebruikt worden. Het toestel zuigt aan de
onderkant lucht aan. Deze wordt in de warmtewisselaar
opgewarmd en naar boven uitgeblazen.
Afb. 1:
(a) Behuizingsafdekking
(b) Bedieningsveld
(c) Luchtuitlaatrooster
(d) Aansluitleiding 1 m
De
ventilatorconvectoren
mogen
alleen
in
centrale
verwarmingsinstallaties met gesloten regelcircuit gebruikt
worden.
De
verwarmingsinstallatie
moet
als
dubbel
buissysteem uitgevoerd zijn.
De toestellen moeten voldoende gedimensioneerd worden om
de warmteverliezen in de ruimte te kunnen compenseren.
Technische gegevens
SRX
080M
SRX
120M
SRX
140M
SRX
180M
Verwarmingsvermogen
(kW) bij
voorlooptemperatuur
45° C
2
0,70
1,10
1,40
1,80
Temperatuurbereik
voorlooptemperatuur
(°C)
25 – 85
Maximaal toegestane
voorlooptemperatuur
(°C)
85
Toegestane
bedrijfsoverdruk (MPa)
1
Drukverlies (kPa)
11,3
13,1
13,7
15,8
Luchtvolumestroom
(m³/h)
3
228
345
410
540
2
125
190
225
300
1
60
100
120
160
Geluidsdrukniveau op 1
m (dB(A))
3
47
2
38
1
27
Nominale spanning
~ 230 V, 50 Hz
Opgenomen vermogen
ventilator (W)
3
26
43
56
50
2
19
29
36
33
1
16
20
24
23
Onderhoudsenergie-
verbruik (W)
< 1
Beschermklasse
IP 20
Vulhoeveelheid
warmtewisselaar (ml)
310
430
480
600
Afmetingen
b x h x d (mm)
503 x
530 x
145
670 x
530 x
145
740 x
530 x
145
911 x
530 x
145
Gewicht (kg)
12
15
17,5
22
Montagevoorbereiding
Verpakkingsmateriaal verwijderen.
De vier bevestigingsschroeven aan de onderkant van het toestel
afschroeven (zie afb. 2) om de behuizingsafdekking te kunnen
verwijderen. De behuizingsafdekking zo bewaren dat
beschadigingen
tijdens
de
installatiewerkzaamheden
uitgesloten zijn.
Bevestiging aan de muur
Bij
droogbouwwanden
geschikt
bevestigingsmateriaal
gebruiken (niet bijgeleverd)!
Zoals in afb. 4 getoond aan een stabiele muur vier boorgaten
aftekenen en boren. Alle afmetingen in mm.
Pluggen inbrengen en de beide bovenste schroeven
voormonteren (nog niet volledig indraaien).
Het toestel in de beide bovenste schroeven inhangen.
De beide onderste schroeven inzetten en vastdraaien, daarna
de beide bovenste schroeven eveneens vastdraaien.
NL