Dimplex smartrad ventilatorconvector, Belangrijke veiligheidsvoorschriften, Beschrijving toestel – Dimplex SRX 160C User Manual
Page 14: Technische gegevens, Montagevoorbereiding, Bevestiging aan de muur
- 10 -
Dimplex SmartRad ventilatorconvector
Modellen: SRX 070C, SRX 120C & SRX 160C
GELIEVE DEZE HANDLEIDING ZORGVULDIG TE BEWAREN.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
De luchtinlaat- en uitlaatroosters mogen niet afgedekt of
afgesloten worden.
Het
toestel
moet
voor
het
uitvoeren
van
onderhoudswerkzaamheden spanningvrij geschakeld worden.
HET TOESTEL MOET GEAARD WORDEN.
Het verwarmingstoestel mag niet onmiddellijk onder een vast
geïnstalleerd stopcontact aangebracht worden. Brandbare
stoffen of vloeistoffen en andere licht ontvlambare
voorwerpen uit de buurt van het verwarmingstoestel houden.
Vereiste minimumafstanden (in mm), zie afb. 4.
Het toestel moet zo geïnstalleerd worden dat de
bedieningselementen niet door een persoon, die zich in het
bad of onder de douche bevindt, aangeraakt kan worden.
Het verwarmingstoestel mag niet in zwaar door stof belaste
ruimtes gebruikt worden.
Dit toestel is niet voor kinderen of personen zonder hulp of
toezicht van een derde persoon geschikt als het veilige gebruik
van het toestel door de lichamelijke of geestelijke gesteldheid
of wegens verminderde waarneming niet mogelijk is.
Kinderen moeten in het oog gehouden te worden om ervoor
te zorgen dat ze niet met het toestel spelen.
Aan
het
verwarmingstoestel
is
een
waarschuwingssymbool aangebracht. Dit symbool
wijst erop dat het toestel niet afgedekt mag
worden.
De gebruiksaanwijzing behoort bij het toestel en moet goed
bewaard worden. Bij verandering van eigenaar moet de
gebruiksaanwijzing aan de nieuwe gebruiker doorgegeven
worden.
BELANGRIJK – Het netsnoer van het toestel moet bij schade
door de fabrikant, een klantendienstfiliaal of een vergelijkbaar
gekwalificeerde persoon vervangen worden. Er moet altijd op
een deskundige behandeling gelet worden.
Beschrijving toestel
Bij het model SmartRad gaat het om een ventilatorconvector
voor de opwarming of koeling van woonruimtes. De
ventilatorconvector is bestemd voor de aansluiting op een
centrale verwarmingsinstallatie. De ventilatorconvector is voor
het gebruik in warmtepompinstallaties ontworpen, maar kan,
voor het zuiver verwarmen, ook in combinatie met andere
verwarmingsinstallaties, bijv. met olie- of gasverbranding
gebruikt worden. Het toestel zuigt aan de onderkant lucht aan.
Deze wordt in de warmtewisselaar, afhankelijk van de
werkwijze, opgewarmd of afgekoeld en naar boven uitgeblazen.
Afb. 1:
(a) Behuizingsafdekking
(b) Bedieningsveld
(c) Luchtuitlaatrooster
(d) Aansluitleiding 1 m
De
ventilatorconvectoren
mogen
alleen
in
centrale
verwarmingsinstallaties met gesloten regelcircuit gebruikt
worden.
De
verwarmingsinstallatie
moet
als
dubbel
buissysteem uitgevoerd zijn. De toestellen moeten voldoende
gedimensioneerd worden om de warmteverliezen in de
ruimte te kunnen compenseren.
Koelbedrijf is alleen in passend gedimensioneerde
installaties mogelijk, bijv. in combinatie met een
omkeerbare warmtepomp met de modi verwarmen of
koelen.
Technische gegevens
SRX 070C
SRX 120C
SRX 160C
Instelbereik
thermostaat (°C)
5 - 30
Aanvoertemperatuur
(°C) in de
verwarmingsmodus
> 25
Maximaal toegestane
voorlooptemperatuur
(°C)
85
Aanvoertemperatuur
(°C) in de koelmodus
< 20
Toegestane
bedrijfsoverdruk (MPa)
1
Drukverlies (kPa)
11,3
13,1
13,7
Luchtvolumestroom
(m³/h)
3
228
410
540
2
125
225
300
1
60
120
160
Geluidsdrukniveau op 1
m (dB(A))
3
47
2
38
1
27
Nominale spanning
~ 230-240 V, 50 Hz
Opgenomen vermogen
ventilator (W)
3
26
56
50
2
19
36
33
1
16
24
23
Onderhoudsenergie-
verbruik (W)
< 1
Beschermklasse
IP 20
Vulhoeveelheid
warmtewisselaar (ml)
230
385
555
Afmetingen
b x h x d (mm)
503 x 530 x
145
740 x 530 x
145
911 x 530 x
145
Gewicht (kg)
12
15
17,5
Bijkomende technische gegevens zie tabel afbeelding 7.
Montagevoorbereiding
Verpakkingsmateriaal verwijderen.
De vier bevestigingsschroeven aan de onderkant van het toestel
afschroeven (zie afb. 2) om de behuizingsafdekking te kunnen
verwijderen. De behuizingsafdekking zo bewaren dat
beschadigingen
tijdens
de
installatiewerkzaamheden
uitgesloten zijn.
Bevestiging aan de muur
Bij
droogbouwwanden
geschikt
bevestigingsmateriaal
gebruiken (niet bijgeleverd)!
Zoals in afb. 4 getoond aan een stabiele muur vier boorgaten
aftekenen en boren. Alle afmetingen in mm.
Pluggen inbrengen en de beide bovenste schroeven
voormonteren (nog niet volledig indraaien).
NL