Het gebruik van rds, Wat u kunt doen met rds eon – JVC KD-S653R User Manual
Page 93
9
NEDERLANDS
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS EON
RDS (Radio Data System) is een voorziening waarmee FM-zenders een extra signaal aan
hun regulier programmasignaal toevoegen. Zo kan een FM-zender bijvoorbeeld de naam van
het station met het programma en informatie over de aard of het genre van het programma
meezenden, bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over spor t gaat of een
muziekprogramma is. Een andere functie van de voorziening RDS is “EON (Enhanced Other
Networks)”. De EON-indicator licht op zodra er een FM-zender wordt ontvangen die EON-
gegevens uitzendt. Door gebruik te maken van deze meegezonden informatie kunt u de
ontvanger automatisch laten overschakelen naar een ander station of een ander
programmagenre of naar een station dat verkeersinformatie uitzendt terwijl u eigenlijk naar
een ander programma aan het luisteren bent of een andere afspeelbron zoals een CD-speler
hebt geselecteerd.
Met de ontvangst van RDS-signalen kan deze eenheid:
•
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (met de netwerkfunctie)
•
Standby staan voor de ontvangst van verkeersinformatie (TA — “Traffic Announcement”)
of uw favoriete programma
•
Zoeken naar een bepaald programmagenre (PTY — “Programme Type”)
•
Zoeken naar verkeersinformatie (TA — “Traffic Announcement”)
•
En er zijn nog enkele andere functies waarover u bij de ontvangst van RDS-signalen
kunt beschikken.
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (met de
netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van FM-signalen te wensen overlaat, zal de
tuner die in deze eenheid is ingebouwd automatisch overschakelen naar een andere RDS-
zender van hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt, maar dan met een sterker
uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw favoriete programma blijven luisteren en
bent u verzekerd van de best mogelijke ontvangst, ongeacht waar in het ontvangstgebied u
rijdt. (Zie de afbeelding op de volgende pagina.)
Er zijn twee soorten signalen die ervoor zorgen dat u uw favoriete programma tijdens uw rit
kunt blijven volgen: het PI-signaal (Programme Identification) dat het programma herkent, en
het AF-signaal (Alternative Frequency) dat aangeeft op welke andere frequenties uw favoriete
station uitzendt.
Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen van een RDS-station goed zijn, kunt u uw
favoriete programma blijven volgen. Als een of beide signalen niet goed worden ontvangen,
werkt deze voorziening niet.
Om de netwerkfunctie in te schakelen, drukt u minimaal 1 seconde op
TP/RDS (Traffic Programme/Radio Data System). Elke keer wanneer u op
deze toets drukt, verandert de modus van deze functie en wel als volgt:
Modus 1
Modus 2
Modus 3
Modus 1
Modus 3
Modus 2
TP/RDS
NL 09-16 KD-S656R/653R
98.10.27, 11:05 AM
9