Motor, Apparaat ontkalken, Hulp bij storingen – Karcher HDS 801 D User Manual
Page 61: Controlelampje brandstof licht op, Motor draait niet, Apparaat bouwt geen druk meer op
– 9
Onderhoudswerkzaamheden aan de motor
overeenkomstig de gegevens in de ge-
bruiksaanwijzing van de motorfabrikant uit-
voeren.
Bij afzettingen in de buisleidingen stijgt de
stromingsweerstand zodat de belasting
voor de motor te groot wordt.
ƽ
Gevaar
Explosiegevaar door brandbare gassen!
Roken is tijdens het ontkalken verboden.
Zorg voor goede ventilatie.
ƽ
Gevaar
Gevaar van inbrandende zuren! Veilig-
heidsbril en veiligheidshandschoenen dra-
gen.
Buis:
Voor de verwijdering mogen volgens wette-
lijke bepalingen uitsluitend goedgekeurde
ketelsteen-oplosmiddelen met keurmerk
worden gebruikt.
–
RM 100 (Best.-Nr. 6.287-008) zorgt dat
kalksteen en eenvoudige verbindingen
van kalksteen en wasmiddelafzettingen
oplossen.
–
RM 101 (Best.-Nr. 6.287-013) lost af-
zettingen op die met RM 100 niet ver-
wijderd kunnen worden.
Vul een tank van 20 liter met 15 liter wa-
ter.
Voeg één liter ketelsteen-oplosmiddel
toe.
Sluit de waterslang direct op de pomp-
kop aan en laat het vrije uiteinde in de
tank hangen.
Steek de aangesloten straalpijp zonder
sproeier in de tank.
Motor overeenkomstig de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant starten.
Open het handspuitpistool en sluit het
tijdens het ontkalken niet.
Temperatuurregelaar instellen op ar-
beidstemperatuur van 40 °C.
Apparaat laten draaien tot de arbeids-
temperatuur bereikt is.
Zet het apparaat uit en laat het 20 minu-
ten staan. Het handspuitpistool moet
geopend blijven.
Pomp het apparaat tenslotte leeg.
Tip: Wij raden aan ter bescherming tegen
corrosie en voor de neutralisering van de
zuurresten aansluitend een alkalische op-
lossing (bijv. RM 81) via het reinigingsmid-
delreservoir door het apparaat te pompen.
ƽ
Gevaar
Verwondingsgevaar door onbedoeld star-
ten van het apparaat. Vóór werkzaamhe-
den aan het apparaat moet de
brandstoftoevoer onderbroken worden.
Verbrandingsgevaar! Hete geluiddempers,
cilinders of koelribben niet aanraken.
–
Brandstofreservoir leeg
Bijvullen.
Instructies in de gebruiksaanwijzing van de
motorfabrikant in acht nemen!
–
Brandstoftank leeg.
Bijvullen.
–
Geen olie in de motor.
Oliepeil van de motor controleren.
Olie bijvullen.
–
Sproeier is ingesteld op „CHEM“
Sproeier op „Hogedruk“ stellen.
–
Sproeier verstopt/geërodeerd
Sproeier reinigen/vervangen.
–
Zeef in de wateraansluiting vervuild.
Zeef reinigen.
–
Zeef voor watertekortbeveiliging ver-
ontreinigd.
Zeef reinigen.
–
Watertoevoerhoeveelheid te laag
Watertoevoerhoeveelheid controleren
(zie Technische gegevens).
–
Reinigingsmiddeltank is leeg.
Motor
Apparaat ontkalken
Hulp bij storingen
Controlelampje brandstof licht op
Motor draait niet
Apparaat bouwt geen druk meer op
61
NL